Het grondboorbit aanbrengen
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd alvo-
rens enig werk aan het gereedschap uit te voeren.
LET OP:
Wanneer u de bitadapter aanbrengt
in de spankop, verzekert u zich ervan dat de bit-
adapter er volledig ingestoken wordt.
LET OP:
Wanneer u het grondboorbit bevestigt
aan de bitadapter, verzekert u zich ervan dat de
grondboorpen wordt vergrendeld en inspecteert u
de grondboorpen op eventuele beschadigingen.
LET OP:
Wanneer u het gereedschap draagt,
verwijdert u het grondboorbit vanaf het gereedschap.
De bitadapter aanbrengen of verwijderen
Om het grondboorbit te kunnen bevestigen, brengt u
van tevoren de bitadapter aan.
Om de bitadapter aan te brengen, plaatst u de bitadap-
ter zo ver mogelijk in de spankop. Draai de spankop
met de hand vast door de mof te draaien.
Steek de spankopsleutel in het gat van de spankop en
draai rechtsom vast. Zorg ervoor dat alle drie gaten in
de spankop gelijkmatig worden vastgedraaid.
Om de bitadapter te verwijderen, draait u de spankops-
leutel in slechts één gat linksom en draait u vervolgens
de spankop met de hand los.
► Fig.13: 1. Spankopsleutel 2. Spankop 3. Mof
Plaats na gebruik de spankopsleutel terug in de sleutel-
houder van het gereedschap, zoals aangegeven in de
afbeelding.
► Fig.14: 1. Sleutelhouder
Het grondboorbit bevestigen aan de
bitadapter
OPMERKING: De vorm en het mechanisme van het
grondboorbit en de grondboorpen kan verschillen
afhankelijk van uw grondboorbit.
Lijn het gat in de bitadapter uit met het gat in het grondboorbit.
Steek het grondboorbit in de bitadapter.
► Fig.15: 1. Grondboorbit 2. Bitadapter
Bevestig het grondboorbit met behulp van de grond-
boorpen en de veiligheidsvergrendeling.
► Fig.16: 1. Grondboorpen
2. Veiligheidsvergrendeling
BEDIENING
LET OP:
Dit is een krachtig gereedschap dat
een hoog koppel genereert. Het is belangrijk dat
het gereedschap stevig wordt vastgehouden en
goed wordt afgesteund.
LET OP:
Controleer voor gebruik of er geen
vreemd materiaal (zand, vuil, enz.) vastzit in de
openingen of bewegende delen.
Werkpositie
Een correcte bedieningspositie is één van de belangrijk-
ste en effectiefste manieren om terugslag op te vangen.
Zorg voor een correcte positie aan de hand van de
volgende punten.
•
Plaats het gereedschap zodanig dat de stang van de
reactiebeugel altijd tegen de linkerkant van uw heup komt.
•
Pak de handgreep en de zijhandgreep met beide handen
vast. Klem uw vingers rond de gripoppervlakken en houd de
gripoppervlakken ingeklemd tussen uw duim en vingers.
•
Houd uw rug zo verticaal mogelijk door tijdens het
grondboren uw knieën steeds verder te buigen.
•
Blijf goed letten op de koppelreactiekracht van het
gereedschap. Bewaar altijd de bedieningspositie
waarin u de koppelreactiekracht kunt opvangen.
► Fig.17: 1. Handgreep 2. Zijhandgreep 3. Stang van
de reactiebeugel
WAARSCHUWING:
positie. Sta niet te ver van het gereedschap af. In
geval van een terugslag is dan een goede reactie en
controle misschien niet mogelijk.
► Fig.18
Grondboren
LET OP:
Houd het gereedschap tijdens
gebruik stevig vast.
LET OP:
Wanneer u het gereedschap achter-
laat, bijvoorbeeld tijdens een pauze, laat u het
gereedschap niet rechtop in de grond staan of
tegen een muur leunen. Plaats het gereedschap in
een stabiele stand.
KENNISGEVING:
sterk afneemt, verlaagt u de belasting of stopt
u het gereedschap om te voorkomen dat het
gereedschap wordt beschadigd.
KENNISGEVING:
sneller verlopen als u hard op het gereedschap
drukt. In feite zal dergelijk hard drukken alleen maar
leiden tot beschadiging de punt van het grondboorbit,
lagere prestaties van het gereedschap en een kortere
levensduur van het gereedschap.
KENNISGEVING:
u vermoedt dat er verborgen spijkers of andere
voorwerpen in zitten die ertoe kunnen leiden dat
het grondboorbit vastloopt of breekt.
KENNISGEVING:
wordt bediend totdat de accu leeg is, laat u het
gereedschap gedurende 15 minuten liggen alvo-
rens verder te werken met een volle accu.
•
Bij het boren van een diep gat of in kleigrond, mag
u niet proberen dit in één keer te boren. Boor het
gat door het gereedschap omhoog en omlaag te
bewegen zodat de grond uit het gat omhoog komt.
•
Als de draaisnelheid van het gereedschap
afneemt als gevolg van zware belasting, tilt u het
gereedschap iets op en beweegt u het gereed-
schap omhoog en omlaag om in kleine stapjes te
boren.
41 NEDERLANDS
Vermijd een verkeerde
Wanneer de draaisnelheid
Het grondboren zal niet
Boor niet in de grond wanneer
Als het gereedschap continu