CALEFFI 161010 Manuel page 111

Systeem 4 (Verwarming met weersafhankelijke regeling – Koeling met regeling op
basis van een vaste instelling - Mengventielen met motor 0–10 V tot 24 V)
S1
De regeleenheid controleert het signaal van de ruimtethermostaat (OT).
Als de ruimtethermostaat warmte vraagt, worden de pomp R1 en R4 geacti-
veerd voor het verwarmingsverzoek. De door de sensor S2 gemeten tempera-
tuur wordt bewaakt.
De regeleenheid berekent een nominale aanvoertemperatuur op basis van de
buitentemperatuur (S1) en de geselecteerde klimaatcurve. Het mengventiel
wordt zo geregeld dat de aanvoertemperatuur op S2 wordt bereikt en gehand-
haafd.
De regeleenheid wordt beveiligd door een niet-verstelbare uitschakelbeveiliging.
Als de door de sensor S2 gemeten temperatuur de 90 °C bereikt of overschrijdt,
wordt het mengventiel gesloten.
Op het display verschijnt het waarschuwingssymbool
knippert geel. Als de door de sensor S2 gemeten temperatuur de 95 °C bereikt
of overschrijdt, worden R1 en R4 uitgeschakeld. Het Lightwheel
Als de optie Tmax geactiveerd wordt, kan er een lagere waarde worden
ingesteld voor de veiligheidsuitschakeling. Als de temperatuur van S2 de waarde
van (Tmax-5K) overschrijdt, verschijnt op het display het symbool
Lightwheel geel knipperen. Als de temperatuur S2 de waarde van Tmax met
®
meer dan 5 K overschrijdt, worden R1 en R4 uitgeschakeld. Het Lightwheel
knippert rood.
0–10 V
S2
Aanvoer
R1
Retour
en het Lightwheel
knippert rood.
®
Als de optie Koeling geactiveerd wordt, wordt de mengkraan zo geregeld dat
de temperatuur voor koeling T.Koeling op S2 wordt bereikt en gehandhaafd.
Optioneel kan met contact S7 de functie verwarming/koeling op afstand be-
heerd, contact.
Open contact = koeling
Gesloten contact = verwarming
Als de optie Controle UR% actief is, bewaakt de regelaar ook de vochtsensor.
Als de vochtsensor in alarm is, wordt de functie koeling onderbroken en ver-
schijnt het waarschuwingssymbool.
Toewijzing van de klemmen
S1 = Externe temperatuursensor
S2 = Aanvoer verwarmingscircuit
S3/RTA12= Retoursensor of regeling op afstand (optioneel)
OT = Ruimtethermostaat
S5/TS10 = Dauwpuntdetector (optioneel)
S6 = Grundfos Direct Sensor™ RPS drukregelaar (optioneel)
S7 = Contact centralisatie op afstand verwarming/koeling (optioneel)
R1 = Pomp
R2 = Opening mengventiel
R3 = Sluiting mengventiel
R4 = Contact activering generator (potentiaalvrij laagspanningsrelais). Als
de generator een contact met spanning > 30 V heeft, gebruik dan
de contacten van de extra microschakelaar van de servomotor van
de mengkraan op de vrije extra klemmen op het klembord zijde 230
V -AX/AX.
PBM A = niet geactiveerd
Menu van de instelwaarden en van de statistieken systeem 4
Fa-
brieksin-
stellingen
Systeem 1
®
Curve 0,8
Tmin Ja
Tmin 25 °C
Tmax Ja
en zal het
Tmax 50 °C
®
Gebied Betekenis
1, 2, 3, 4 Selectie systeem
0,3 ... 3,0 Verwarmingscurve
Ja, Nee Optie minimale temperatuur verwarmings-
circuit
15 °C ... 60 °C Minimale temperatuur verwarmingscircuit
Ja, Nee Optie maximale temperatuur verwarmings-
circuit
30 °C ... 90 °C Maximale temperatuur verwarmingscircuit
13