Gebruik voor de verlenging van het audio- en het videosignaal
alleen hiervoor geschikte afgeschermde cinchkabels. Bij
gebruik van andere kabels kunnen zich storingen voordoen.
Houd de kabellengte zo kort mogelijk.
7. In- en uitschakelen van de camera en de monitor
De camera en de monitor kunnen worden ingeschakeld, door ca.
3 seconden de toets „AAN/UIT"
Van zodra de camera ingeschakeld is licht de LED „POWER" (9) op.
Van zodra de ontvanger ingeschakeld is licht de LED „POWER" (13) op.
Op dezelfde wijze kan de camera resp. de monitor uitgeschakeld worden.
Na het inschakelen geeft de monitor automatisch camerakanaal
1 weer.
8. Zoeken van de verbinding (pairing)
Let er op, dat tijdens het zoeken van een verbinding (ook wel
'pairing' genoemd) de gepairde camera op het juiste cameraka-
naal wordt aangeleerd. De voordien op dit kanaal ondergebrach-
te camera wordt daarmee gewist.
Van in de fabriek is de meegeleverde camera geïnstalleerd op
camerakanaal 1 van de ontvanger.
• Druk op de toets „OK" van de „Multifunctionele toets" (14) op uw ontvanger. U
komt in het instellingenmenu.
• Selecteer met de toetsen „Omhoog"
„Rechts"
van de „multifunctionele toets" (14) het menupunt „Pair CAM" en
(7, 19) ingedrukt te houden.
, „Links"
, „Omlaag"
resp.
83