NL
8 De motor draait, het lampje
«Accu» en het opschrift op de
«Digits» knipperen om aan te
geven dat de spanning lager
is dan 12V (740 IOX, 540 IX)
Het opschrift "BATT" ver-
schijnt (340 IX) (340 IX)
9 Moeizaam starten of onregel-
matige werking van de motor
10 Afname van het motorrrende-
ment gedurende het snijden
11 Het lampje van de accu gaat
na enkele minuten bedrijf niet
uit (740 IOX, 540 IX)
12 Het lampje van de olie gaat
gedurende het bedrijf bran-
den (740 IOX, 540 IX)
13 De motor slaat zonder duide-
lijke reden af
14 Onregelmatig snijden
15 Afwijkende trillingen geduren-
de het gebruik
16 Met draaiende motor komt
de machine niet in beweging
wanneer het aandrijfpedaal
wordt ingetrapt
Als de storingen niet verdwijnen na de hierboven handelingen te hebben verricht, contact opnemen met
uw dealer.
Let op! Nooit proberen om zelf moeilijke reparaties uit te voeren terwijl u niet over de
noodzakelijke middelen en technische kennis beschikt Slecht uitgevoerde reparaties lei-
den automatisch tot het vervallen van de garantie In deze gevallen aanvaardt de fabrikant
geen enkele aansprakelijkhe
30
NEDERLANDS
Als deze conditie aanhoudt:
Zekering (25A) van de acculader
doorgebrand.
Accu defect.
De acculader is defect.
Problemen met de carburatie.
Hoge rijsnelheid in verhouding tot de
maaihoogte.
Accu niet voldoende geladen.
Problemen met de smering van de
motor.
- De brandstof is op.
- Probeer de motor weer te starten.
De messen van het maaisysteem zijn
niet scherm.
Rijsnelheid hoog in verhouding tot de
hoogte van het gras dat moet worden
gemaaid.
De maaisysteemgroep zit vol gras.
- Maaisysteem niet gebalanceerd.
- Messen maaisysteem los.
- losgeraakte onderdelen.
- eventuele beschadigingen.
Hendel voor «uitschakeling van de
transmissie» staat in uitgeschakelde
stand.
(Vertaling van de originele
gebruiksaanwijzingen)
Vervang de zekering.
Vervang de accu.
Ga naar een erkende servicewerk-
plaats.
Het luchtfilter schoonmaken of
vervangen.
Verminder de rijsnelheid en/of
verhoog de maaihoogte.
Ga naar een erkende servicewerk-
plaats.
- Zet de machine onmiddellijk uit.
- Vul het oliepeil aan
(als het probleem aanhoudt, naar
een erkende servicewerkplaats
gaan).
Vul de brandstoftank (als het pro-
bleem aanhoudt, naar een erkende
servicewerkplaats gaan).
Controleer de bandenspanning.
Ga naar een erkende servi-
cewerkplaats.
Verminder de rijsnelheid en/of verho-
og de maaihoogte.
- Wacht tot het gras gedroogd is.
- Maak de maaisysteemgroep schoon.
Ga naar een erkende servi-
cewerkplaats voor controle, vervan-
ging of reparatie.
Schakel de aandrijving in.