Télécharger Imprimer la page

Hitachi CG28EJ Mode D'emploi page 44

Masquer les pouces Voir aussi pour CG28EJ:

Publicité

Les langues disponibles
  • FR

Les langues disponibles

  • FRANÇAIS, page 23
OPMERKING
Zie voor de montage de Brain gebruikershandleiding die bij de
Brain snijkop wordt geleverd.
WAARSCHUWING
Voor HITACHI Brain koppen of een HITACHI gelegeerde kop
mogen uitsluitend flexibele, niet-metalen koorden worden
gebruikt die door de fabrikant worden aanbevolen. Gebruik
nooit snoeren of draden. Deze kunnen breken en zo een
gevaarlijk projectiel worden.
OPMERKING
Als u een HITACHI gelegeerde kop (CH-100) gebruikt, moet de
aanvankelijke koordlengte telkens 17 cm bedragen. (Afb. 18)
Bediening
Brandstof (Afb. 19)
WAARSCHUWING
• Deze zeis heeft een tweetaktmotor. Gebruik daarom altijd
mengsmering, oftewel benzine gemengd met olie. Zorg
voor een goede ventilatie wanneer u tankt of omgaat met
brandstof.
• Brandstoffen zijn uiterst licht ontvlambaar en u kunt ernstig
persoonlijk letsel oplopen door de dampen in te ademen of
brandstof op lichaamsdelen te morsen. Wees altijd voorzichtig
en blijf goed opletten bij de omgang met brandstof. Zorg altijd
voor een goede ventilatie wanneer u brandstof binnen een
gebouw gebruikt.
Brandstof
• Gebruik altijd 89 octaan loodvrije merkbenzine.
• Gebruik echte tweetaktbrandstof of een benzine-oliemengsel
van 25:1 tot 50:1; raadpleeg voor de juiste verhouding alstublieft
de verpakking van de tweetaktolie in kwestie of uw officieel
HITACHI servicecentrum.
• Als er geen echte tweetaktbrandstof beschikbaar is, gebruik
dan een kwaliteitsolie die uitdrukkelijk geschikt is voor gebruik
in luchtgekoelde tweetaktmotoren (JASO FC GRADE OIL of ISO
EGC GRADE). Gebruik geen BIA of TCW (voor watergekoelde
tweetaktmotoren) mengolie.
• Gebruik geen multigrade olie (10 W/30) of afgewerkte olie.
• Meng de benzine en de olie in een aparte, schone jerrycan.
Begin met de helft van de gewenste hoeveelheid benzine in de
jerrycan.
Voeg de tweetaktolie toe (alle benodigde olie voor de gewenste
hoeveelheid brandstof). Meng het brandstof-oliemengsel
(schudden). Voeg tenslotte de resterende hoeveelheid benzine toe.
Meng (schud) het brandstofmengsel nog eens goed voor u het in
de tank doet.
Menghoeveelheid van tweetaktolie en benzine
Benzine (liter)
Verhouding 50:1
0.5
1
2
4
Tanken
WAARSCHUWING
• Schakel altijd eerst de motor uit voor u gaat tanken.
• Maak de tank voorzichtig open om eventueel onder druk
staande gassen te laten ontsnappen.
NL-6
Tweetaktolie (ml)
Verhouding 25:1
10
20
20
40
40
80
80
160
• Draai na het tanken de dop weer goed op de tank.
• Ga met de zeis minstens 3 meter van de plek waar u getankt
heeft vandaan voor u de motor probeert te starten.
• Was eventueel op uw kleding gemorste brandstof er onmiddellijk
uit met zeep of een wasmiddel.
• Controleer of er ergens brandstof lekt na het tanken.
Maak voor u gaat tanken de tankdop en omstreken netjes schoon
zodat er geen vuil in de tank kan vallen. Zorg ervoor dat de
brandstof goed gemengd is door voor het tanken de jerrycan goed
te schudden.
Starten (Afb. 20, 21, 22)
LET OP
Voordat u de motor start, moet u controleren of het snoeigedeelte
niets aanraakt.
1. Zet de contactschakelaar (1) in de stand AAN. (Afb. 20, 21)
* Druk enkele malen op de injectiepomp (4) zodat de brandstof
door de pomp of de terugloopleiding stroomt. (indien aanwezig)
(Afb. 22)
2. Houd de vergrendeling (2) ingedrukt (indien aanwezig), trek
tegelijkertijd aan de gashendel en druk op de vergrendelknop
(3), laat daarna de gashendel langzaam los en vervolgens de
vergrendeling. Daardoor wordt de hendel in de startpositie
vergrendeld.
3. Zet de chokehendel in de stand GESLOTEN (5). (Afb. 22)
4. Trek stevig aan de trekstarter en let erop dat u de handgreep
goed vast blijft houden en de trekstarter niet laat terugschieten.
5. Als u hoort dat de motor gaat aanslaan, zet u de chokehendel
terug in de stand START (open). Trek vervolgens nog eens kort
aan de trekstarter.
OPMERKING
Herhaal de stappen 2 t/m 5 als de motor niet start.
6. Nadat de motor is gestart, trekt u aan de gashendel om de knop
te ontgrendelen. Laat de motor daarna 2–3 minuten opwarmen
voor u met de werkzaamheden begint.
Maaien (Afb. 23, 24, 25, 26)
• Wanneer u gras maait, laat de motor dan met een toerental van
meer dan 6500 toeren draaien. Als de motor langdurig met een
lager toerental draait, kan de koppeling vroegtijdig slijten.
• Maai het gras van rechts naar links.
• Als het draaiende mes tegen een hard voorwerp botst, kan het
plotseling wegspringen.
Hierdoor kan een gevaarlijke situatie ontstaan waardoor de
machine en ook de bediener weggeslingerd kunnen worden.
Deze reactie heet "messlingering". De bediener kan de controle
over de machine verliezen met ernstig of zelfs fataal letsel tot
gevolg. Messlingering komt meestal voor op plaatsen waar het
te snijden materiaal moeilijk te zien is.
• Draag de gordel zoals afgebeeld (indien aanwezig). Het
mesblad draait tegen de klok in, dus voor een goed resultaat
adviseren wij u om de machine van rechts naar links te bewegen.
Houd omstanders op een afstand van minstens 15 meter.
OPMERKING
In geval van nood drukt u op de noodknop of trekt u aan de
noodklep (indien aanwezig). (Afb. 25)

Publicité

loading