13. Verhelpen van storingen
Met het weerstation heeft u een betrouwbaar product verworven dat volgens de nieuwste
technische inzichten vervaardigd werd. Er kunnen desondanks problemen of storingen
optreden. Wij willen u daarom hier uitleggen hoe u mogelijke storingen kunt verhelpen.
Houd rekening met alle veiligheidsvoorschriften van deze gebruiks-
aanwijzing!
Geen ontvangst van het signaal van de buitensensor
• De afstand tussen het weerstation en buitensensor is te groot. Wijzig de opstelplaats van
de buitensensor.
• Voorwerpen of afschermende materialen belemmeren de draadloze ontvangst. Hetzelfde
geldt voor andere elektronische apparaten (bv. tv-toestel of computer). Wijzig de opstelplaats
van de buitensensor of het weerstation.
• De batterijen van de buitensensoren zijn te zwak of leeg. Plaats bij wijze van proef nieuwe
batterijen in de buitensensor(en).
• Een andere zender met dezelfde of een naburige frequentie stoort het signaal van de
buitensensor. Dies können z.B. Funkkopfhörer, Funklautsprecher o.ä. Geräte sein.
Dergelijke producten worden meestal niet voortdurend gebruikt. De draadloze ontvangst
kan b.v. de volgende dag weer onberispelijk werken (dit bemoeilijkt dan ook de zoektocht
naar de oorzaak).
• Start het handmatig zoeken naar de buitensensor, door de toets „IN/OUT" ca. 3 seconden
lang ingedrukt te houden en daarna los te laten, wanneer het symbool "OUT" in het display
knippert.
Storingen bij de ontvangst van weersvoorspellingen
• Door kortstondige storingen in d eradio-iverdracht (bijv. veroorzaakt door het gebruik van
een onvoldoende ontstoord apparaat, het in- of uitschakelen van elektrische apparaten
enz.) is het mogelijk, dat weersinformatie niet correct wordt ontvangen door het weerstation.
Het weerstation geeft bij. voor de dag nadien geen ontvangstsymbool aan.
Wijzig ev. de opstelplaats van het weerstation.
172