(+48V) voor condensatormicrofoons. De XLR-aansluiting is geconfigureerd
voor pin 1 (aarding), pin 2 (positief (+)) en pin 3 (negatief (-)).
2. LINE-ingang
De LINE-ingang is ontworpen om gebalanceerde en niet-gebalanceerde line-
signalen te ontvangen zoals die van een keyboard, drumcomputer of sampler.
Er is voldoende versterking aanwezig op de line-ingang om zelfs zwakkere
signalen zoals die van een ongebalanceerde microfoon of een gitaarsignaal te
ontvangen. Wenst u een gebalanceerd signaal aan de line-ingang te sluiten,
bedraad een ¼" TRS-plug (stereo) als volgt: tip (positief (+)), de ring (negatief
(-)) en de huls (aarding).
OPMERKING: U kunt of de MIC-ingang of de LINE-ingang aansluiten. Sluit nooit beide tegelijkertijd op
eenzelfde kanaal.
3. TRIM
Met de TRIM-regeling regelt u de ingangsgevoeligheid (kanaalversterking)
van de MIC-ingang en de LINE-ingang van de mono ingangskanalen.
Regel deze knop zodat u het ingangssignaal van verscheidene bronnen
kunt ontvangen, van de sterke uitgangssignalen ven een keyboard of
drumcomputer tot de zwakke signalen van een microfoon. Het grote bereik
maakt MIC / LINE-schakeling overbodig. De beste S/R-verhouding en
dynamisch bereik verkrijgt u wanneer u de TRIM-regeling op elk kanaal
afzonderlijk regelt zodanig dat de PEAK LED (7) maar af en toe oplicht.
OPMERKING: Draai deze regelknop volledig naar links voordat u een signaal
aansluit of ontkoppelt.
4. EQUALIZER
Alle mono ingangskanalen beschikken over een driebands equalizer. De
bovenste (HIGH) en onderste (LOW) potmeters hebben een frequentie van
12kHz respectievelijk 80Hz. De regelknop voor de middentonen heeft een
piekrespons met een Q van 2 octaven en een frequentie van 2.5kHz. Alle drie
banden hebben tot 15dB versterking of verzwakking met een centernok voor
'off'.
5. PAN-regeling
De PAN-regeling plaatst de uitgang van een kanaal in het stereobeeld van de
mix. Het toestel zorgt ervoor dat er zich geen discrepanties in het niveau
voorkomen, of een signaal nu langs een kant, centraal of ergens tussenin
staat
6. PEAK-led
De PEAK-aanduiding licht op wanneer een kanaal overstuurt. Het toestel neemt een piek waar na de EQ,
licht op 3dB voor de vervorming en waarschuwt u wanneer het signaal wordt overstuurd. Zorg dat de
PEAK-aanduiding niet oplicht uitgenomen af en toe tijdens een mix. Licht de aanduiding op een constante
basis, verminder de ingangsversterking door middel van de TRIM-regeling (3).
7. LEVEL-regeling
De LEVEL-regeling bepaalt het niveau van het uitgangssignaal naar de master mix bus. De mengtafel is
niet voorzien van een PFL-functie. Om elk apart kanaal op versterking te testen, draai de gain-knop van
alle andere kanalen toe (naar links) en stel de regelknop van zowel het gewenste kanaal als die van de
MASTER MIX (16) op nulversterking (0dB). De ledmeter (15) zou 0dB moeten aanwijzen.
PROMIX22U_v2
9
HQPOWER