Rev. 01 - 05/2013 - Cod. CM31710 -
19. AANGEBRACHTE BEVEILIGHEIDSAPPARATUUR
1) VEILIGHEIDSKLEP (4): is een gecertificeerde veiligheidsklep
(geijkt op 10,5 bar), geïnstalleerd op de pneumatische installatie
onder de pressostaat. Hij dient voor de afvoer van de overdruk
van de installatie indien de pressostaat, vanwege eventuele
afwijkingen, niet functineert. De aanwending van de veili-
gheidsklep verplicht de medewerker tot het uitzetten van de
machine en vereist de interventie van de technici.
2) PRESSOSTAAT (8): is een elektro-pneumatisch apparaat (geijkt
op min. 7 bar, max. 10 bar) gernstalleerd op de pneumatische
installatie. Hij zorgt voor het automatisch opstarten van de ma-
chine wanneer de bedrijfsdruk tot 7 bar daalt en voor automa-
tische uitschakeling wanneer de bedrijfsdruk de 10 bar bereikt.
3) VAST BESCHERMINGSROOSTER VAN DE KOELVENTILATOR
(17): is een vaste beveiliging bestaande uit een plastic rooster
met schroeven bevestigd op de pomp- en bicilindrische groep.
Hij voorkomt toevallig contact met de werkende koelventilator.
4) ZELFHERSTELLENDE THERMISCHE ZEKERING (12): is een
thermische beveiliging geinstalleerd op de elektrische instal-
latie, hij zet de elektromotor stil in geval van overbelasting van
stroom en/of kortsluiting. De reset kan worden gedaan met de
betreffende knop (A).
5) MANOMETER VATDRUK (6): is een meetapparaat geïstalleerd op
het vat van de machine. Hij geeft de druk weer van de perslucht
in het vat.
6) MANOMETER OUTPUTDRUK (7): is een meetinstrument gein-
stalleerd op de pneumatische installatie van de machine vòòr
de snelafsluiter output lucht. Hij is afstelbaar middels de speciale
drukregelaar (0 - 10 bar) (13).
HEt iS VERPliCHt ConStant DE GoEDE WERKinG
Van DE BEVEiliGinGSaPPaRatUUR in DE MaCHinE
tE ContRolEREn.
HEt iS VERPliCHt tiJDiG
EVEntUElE SlECHt WER-
KEnDE EnloF BESCHaDiGDE
BEVEiliGinGSaPPaRatUUR
tE VERVanGEn.
HEt iS aBSolUUt VERBoDEn
EniGE BEVEiliGinGSaPPa-
RatUUR tE MoDiFiCEREn
EnloF tE VERWiJDEREn Uit
DE MaCHinE.
HEt iS aBSolUUt VERBoDEn
EniGE BEVEiliGinGSaPPa-
RatUUR oF onDERDElEn
HiERVan tE VERVanGEn
MEt niEt oRiGinElE WiSSEl-
StUKKEn.
12
Handleiding Compressoren Mod. C330
MOD. C330/24 - C330/50
12
4
17
4
Achterzijde
13
8
6
7
12
13
8
7
6
A
MOD. C330/03
17