GCE OXYDOM Mode D'emploi page 95

Het aansluiten van het reductieventiel met een te hoog aanhaalmoment kan
leiden tot beschadigingen aan de vulopening.
Gebruik tijdens het verbinden van het ventiel aan de cilinder geen andere
onderdelen om kracht te zetten, zorg dat de overige onderdelen ook niet
worden belast.
DICHTHEIDSTEST VÓÓR GEBRUIK
Zet het reductieventiel (indien het ventiel hiermee is uitgerust) op "0" (OFF)
1.
en controleer
Open langzaam het afsluitventiel van het door het handwiel met één tot
2.
anderhalf omwentelingen linksom te draaien.
Plotselinge opening kan leiden tot brand of explosiegevaar ten gevolge van
het plotselinge drukverschil van de zuurstof. Onvoldoende opening van het
ventiel kan gasstroom vermindering veroorzaken.
Controleer visueel en hoorbaar de volgende punten op eventuele lekkage:
3.
•
inlaatverbinding reductieventiel op de opening van de gascilinder
•
verbinding indicator/drukregelaar met het ventiellichaam
•
de ruimte onder het ventielkleplichaam
•
de flowaansluiting (indien aanwezig).
Sluit het ventiel door het handwiel rechtsom te draaien tot de "STOP" posi-
4.
tie. Forceer het afsluitventiel niet bij het sluiten, gebruik geen overdadige
kracht.
Wanneer er lekkagen wordt ontdekt, ga verder volgens de aanwijzingen
onder Hoofdstuk 6.3 „Na gebruik" en stuur het ventiel op naar GCE voor
servicecontrole.
WERKINGSTEST VÓÓR GEBRUIK
Zet de flowregelaar op "0" (OFF)
1.
Open het ventiel van de gascilinder – positie "ON".
2.
Controleer of de manometer druk aangeeft. Stuur, wanneer de manometer
3.
druk in het rode aanwijsgebied aangeeft, de cilinder terug om opnieuw te
laten vullen met gas.
Controleer bij een reductieventiel dat uitgevoerd is met een manometer, de
4.
gasstroom in alle mogelijke instellingen (bijv. door akoestische controles
op sisklanken of visuele controles op gasbellen in een bevochtiger).
Sluit het ventiel door het handwiel rechtsom te draaien tot de "STOP" posi-
5.
tie. Forceer het afsluitventiel niet bij het sluiten, ge bruik geen overdadige
kracht.
Als hiermee nog niet het ontluchten in gang gezet is, draai de flowregelaar
6.
in de NUL ("0")-positie en controleer of deze ineensluit.
Bij een combinatieventiel met drukaansluiting: Controleer of het combina-
7.
tieventiel klaar is
snelkoppeling en trek deze er weer uit.
of deze afsluit.
voor gebruik is. Steek daarvoor een connector in de
95/115
NL