Aansluitingen
Luidsprekeropstelling
Voor een optimaal akoestiekeffekt plaatst u de
luidsprekers zoals hieronder aangegeven.
z
U kunt ook een aktieve lagetonenluidspreker
aansluiten
Door een aktieve lagetonenluidspreker (los
verkrijgbaar) aan te sluiten op de WOOFER AUDIO
OUT aansluiting kunt u de weergave van de lage tonen
verbeteren.
Versterker
WDOFER
AUDIO
z
U kunt ook draadloze achterluidsprekers aansluiten
Bij gebruik van Sony draadloze achterluidsprekers (los
verkrijgbaar), sluit u de zender aan op de WIRELESS
REAR SPEAKER aansluiting.
Opmerking
Sluit geen andere apparatuur aan op de WIRELESS
REAR SPEAKER aansluiting.
Kiezen van de gewenste luidsprekers
U kunt een of twee paar luidsprekers aansluiten. Stel
de SPEAKERS keuzeschakelaar op het voorpaneel in
overeenkomstig de luidsprekers die u wilt gebruiken.
U wilt luisteren naar
Luidsprekers A
(aangesloten op de FRONT
SPEAKERS A aansluitingen)
Luidsprekers B
(aangesloten op de FRONT
SPEAKERS B aansluitingen)
Luidsprekers A èn B
(parallele aansluiting)
* Sluit op de A en B aansluitingen luidsprekers aan met een
nominale impedantie van 8 ohm of hoger.
NL
8
Achterluidspreker
60 - 90 cm
Voorluidspreker
Aktieve
lagetonen-
luidspreker
INPUT
OUT
Zet de SPEAKERS
keuzeschakelaar op
A
B
A+B*
Aansluiten van uw TV-toestel/
videorecorder
Om gebruik te kunnen maken van beeldscherm-
bediening dient u een TV-toestel op de versterker aan
te sluiten. Daarnaast zult u om te kunnen genieten van
Dolby Pro Logic Surround gecodeerde videocassettes
en TV-programma's, in aanvulling op het TV-toestel en
de videorecorder ook midden- en achterluidsprekers
moeten aansluiten.
Als u Sony apparatuur heeft, sluit deze dan aan
overeenkomstig de tabel op blz. 15, zodat de infrarood-
codes niet geregistreerd hoeven te worden.
d SATL
a MONITOR
c LD/DVD
e VIDEO 3 INPUT
5.1 INPUT
(op het voorpaneel)
Welke snoeren zijn er nodig?
• Audio/videokabel (niet bijgeleverd)
Geel
Wit (L)
Rood (R)
• SCART kabel (niet bijgeleverd)
Sluit de stekkers aan op de aansluitbussen met
dezelfde kleur: sluit geel (video) op geel aan, wit
(rechts) op wit, en rood (links) op rood, zowel op de
versterker als op de aangesloten apparatuur.
Ç : signaalstroom
b VIDEO 1, 2
Geel
Wit (L)
Rood (R)