Trouble Shooting - Heraeus Dynamix speed Mode D'emploi

9.

Trouble shooting

Fout
LED's gaan niet branden
(5, 6, 7, afb. 1), de zuigers
bewegen niet.
Het apparaat schakelt
niet in.
Zuigers bewegen niet,
LED 'Klep van het ap-
paraat' (7, afb. 1) brandt
of knippert.
De zuigers bewegen zich
langzaam in de richting
van de cassette.
Cartridges kunnen niet
worden verwijderd /
geïnstalleerd.
De mengtip (13, afb. 1)
draait niet.
Het apparaat verlaagt
automatisch de doseer-
snelheid.
De mengtip (21, afb. 1)
scheurt.
Folieverpakking scheurt
of wordt beschadigd.
De dosering stopt zonder
duidelijke reden en het
apparaat maakt een korte
ontlastingsslag.
De dosering stopt zonder
duidelijke reden en de
zuigers keren terug naar
hun startpositie
De mengprogramma-
LED's knipperen terwijl
de klep van het apparaat
open is.
Oorzaak
• Het apparaat is niet ingeschakeld.
• Netsnoer niet goed aangesloten.
• Zekering gesprongen.
• Geen spanning op het stopcontact.
• Apparaat defect.
• Klep van het apparaat niet goed
gesloten.
• De klep werd geopend voordat de
zuigers waren gestopt. Een eerdere
cartridgepositie werd opgeslagen.
• Zuigerschijven zijn niet volledig
tot aan de uitgangspositie terug-
getrokken.
• De as heeft zich niet in de tip
gedraaid.
• Er is materiaal is in de mengtip
uitgehard.
• De thermische beveiliging van de
mengmotor is geactiveerd.
• Het apparaat herkent hoogvisceus /
te koud afdrukmateriaal (onder 21°C
[70°F] ) en reduceert automatisch de
toevoersnelheid en het toerental van
de mixer.
• Verontreiniging (bijv. vuil) in de ruimte
waar de cartridges zijn geplaatst.
• De spindels zijn onvoldoende
gesmeerd.
• Verkeerde mengtip geplaatst.
• Mengtip/verpakking zijn niet compa-
tibel.
• Zuigerschijven zijn te ver versleten
of beschadigd, waardoor de folie-
verpakking klem komt te zitten
tussen de zuigerschijf en de houder.
• Het materiaal is gedeeltelijk
uitgehard in de verpakking.
• Materiaal is in de mengtip uitgehard.
• De besturing heeft overbelasting
geconstateerd.
• Materiaal is in de cartridge uitgehard.
• De spindels zijn onvoldoende
gesmeerd.
• Er is geen mengprogramma
geselecteerd.
Corrigerende actie
• Zet het apparaat aan met behulp van de
AAN / UIT-schakelaar (17, afb. 1).
• Controleer of de snoeren goed zijn bevestigd (afb. 2).
• Vervang de zekering (zie paragraaf 6.5).
• Controleer of er stroom op het stopcontact staat.
• Stuur het apparaat terug ter reparatie.
• Sluit de klep van het apparaat (8, afb. 1) en contro-
leer of de cassettes goed zijn aangedrukt.
Plaats de cassettes op de juiste manier indien nodig.
• Druk op de achteruittoets (4, afb. 1) en wacht tot
de zuigers hun startpositie hebben bereikt en zijn
gestopt. Herhaal het proces vervolgens met de cart-
ridge.
• Druk op de achteruittoets (4, afb. 1) en laat de
zuigers volledig terugtrekken tot ze automatisch
stoppen. Ze bevinden zich nu in hun uitgangspositie
(zie paragraaf 5.1).
• Controleer of de cartridge juist is geplaatst.
• Plaats een nieuwe mengtip.
• Laat het apparaat ongeveer 30 minuten afkoelen.
Let op de maximaal toegestane bedrijfstijd
(2 minuten werking, 5 minuten pauze).
• Dit mechanisme treedt alleen in werking bij hoog-
viskeus / te koud afdrukmateriaal. Neem de ver-
werkingsinstructies (verwerkingstemperatuur) van
de fabrikant van het afdrukmateriaal in acht en / of
breng het afdrukmateriaal op kamertemperatuur
(21 – 25°C [70 – 77°F] ).
• Reinig de binnenkant van het apparaat en de
zuigerschijven.
• Smeer de spindels.
• Gebruik de door de fabrikant aanbevolen mengtip.
• Neem contact op met de fabrikant van de mengtip /
verpakking.
• Vervang de zuigerschijven (zie paragraaf 6,3).
• Vervang de verpakking (zie paragraaf 5.1).
• Gebruik een nieuwe mengtip.
• Afdrukmateriaal te koud. Neem de verwerkingsin-
structies (verwerkingstemperatuur) van de fabrikant
van het afdrukmateriaal in acht en / of breng het
afdrukmateriaal op kamertemperatuur (21 – 25°C
[70 – 77°F] ).
• Gebruik een nieuwe cartridge.
• Smeer de spindels.
• Kies een bij het afdrukmateriaal passend meng-
programma (zie hoofdstuk 5.1.1).
NL
- 9 -