beschadigd zijn, dat de werking van het elektrisch
werktuig is belemmerd. Laat beschadigde onderdelen
voor gebruik van het toestel repareren. Vele ongelukken
hebben hun oorzaak in slecht onderhouden elektrische
werktuigen.
f) Houdt snijwerktuigen scherp en schoon. Zorgvuldig
onderhouden snijwerktuigen met scherpe snijkanten
verklemmen zich minder en kunnen gemakkelijker
worden gevoerd.
g) Gebruik
elektrische
inzetwerktuigen enz. in overeenstemming met deze
instructies. Houdt u hierbij steeds rekening met de
werkcondities en de uit te voeren activiteiten. Het
gebruik van elektrische werktuigen voor andere dan de
reglementaire toepassingen kan tot gevaarlijke situtaties
leiden.
5) Service
a) Laat uw elektrisch werktuig slechts door gekwalificeerd
vakpersoneel en alleen met originele reservedelen
repareren. Daarmee wordt gewaarborgd, dat de veiligheid
van het elektrisch werktuig blijft bewaard.
Veiligheidsinstructies voor kettingzagen
Houdt alle lichaamsdelen bij draaiende kettingzaag van
de zaagketting vandaan. Vergewist u zich voor het star-
ten van de zaag, dat de zaagketting niets raakt. Bij werk-
zaamheden met een kettingzaag kan een ogenblik van
onoplettendheid ertoe leiden, dat kleding of lichaamsedelen
door de zaagketting worden gegrepen.
Houdt de kettingzaag steeds met uw rechter hand aan de
achterste greep en uw linker hand aan de voorste greep.
Het vasthouden van de kettingzaag in omgekeerde werkhou-
ding verhoogt het risico van verwondingen en mag niet wor-
den toegepast.
Houdt het elektrisch werktuig aan de geïsoleerde
grijpvlakken vast, omdat de zaagketting in contact met
de eigen netsnoer kan komen. Het contact van de zaagket-
ting met een spanningvoerende leiding kan metalen toe-
stelonderdelen onder spanning zetten en tot een elektrische
slag leiden.
Draag veiligheidsbril en lawaaibescherming. Verdere
beschermuitrusting voor hoofd, benen en voeten wordt
geadviseerd. Passende veiligheidskleding reduceert het ge-
vaar van verwondingen door rondvliegend spanmateriaal en
toevallig aanraken van de zaagketting.
Werk met de kettingzaag niet op een boom. Bij werking op
een boom bestaat gevaar van verwondingen.
Let steeds op een stabiele stand en gebruik de ketting-
zaag alleen, wanneer u op vaste, veilige en gladde grond
staat. Glibberige ondergrond of instabiele standvlakken,
zoals op een ladder, kunnen tot verlies van de balans of tot
verlies van de controle over de kettingzaag leiden.
Reken bij het snijden van een onder spanning staande
tak ermee, dat deze terugveert. Komt de spanning in de
houtvezels vrij, kan de gespannen tak de bedieningspersoon
raken en/of de kettingzaag aan de controle ontrukken.
Wees bijzonder voorzichtig bij het snijden van onder-
houd en jonge bomen. Het dunne materiaal kan zich in de
zaagketting vervangen en op u slaan of u uit uw balans
brengen.
werktuigen,
toebehoren,
Draag de kettingzaag aan de voorste greep in uitge-
schakelde toestand, de zaagketting van uw lichaam afge-
keerd. Bij transport of bewaring van de zaagketting steeds
de veiligheidsafdekking omdoen. Een zorgvuldige omgang
met de kettingzaag reduceert de waarschijnlijkheid van een a-
busievelijk contact met de draaiende zaagketting.
Volg de instructies voor smering, kettingspanning en het
vervangen van toebehoren op. Een ondeskundig gespan-
nen of gesmeerde ketting kan of scheuren of het terugslagri-
sico verhogen.
Houdt de grepen droog, schoon en vrij van olie en vet.
Vettige, oliehoudende grepen zijn glad en leiden tot verlies
van de controle.
Zaag slechts hout. De kettingzaag niet voor werkzaam-
heden toepassen, waarvoor ze niet is bestemd. Voorbe-
eld: Gebruik de kettingzaag niet voor het zagen van plas-
tic, muurwerk of bouwmaterialen die niet uit hout zijn.
Het gebruik van de kettingzaag voor onreglementaire werk-
zaamheden kan tot gevaarlijke situaties leiden.
Oorzaken en vermijding van een terugslag
Terugslag kan optreden, wanneer de punt van het geleidingsrail
een voorwerp raakt of wanneer het hout zich buigt en de zaag-
ketting gedurende het zagen vastklemt.
Een contact met de railpunt kan in sommige gevallen tot een
onverwacht naar achteren gerichte reactie leiden, waarbij het
geleidingsrail naar boven en in richting van de gebruiker wordt
geslagen.
Het verklemmen van de zaagketting aan de bovenkant van het
geleidingsrail kan het rail vlug in richting van de gebruiker
terugstoten.
Eenieder van deze reacties kan ertoe leiden, dat u de controle
over de zaag verliest en zich eventueel zwaar verwondt. Vert-
rouw niet uitsluitend op de in de kettingzaag ingebouwde veilig-
heidsvoorzieningen. Als gebruiker van de kettingzaag dient u
verschillende maatregelen te nemen, om vrij van ongelukken en
verwondingen te kunnen werken.
Een terugslag is het gevolg van een verkeerde of gebrekkige
handhaving van het elektrisch werktuig. Dit kan door geschikte
veiligheidsmaatregelen, zoals onderstaand beschreven, worden
voorkomen:
Houdt de zaag met beide handen vast, waarbij duim en
vingers de grepen van de kettingzaag omsluiten. Breng
uw lichaam en de armen in een positie, waarin u de
terugslagkrachten kunt trotseren. Worden geschikte maat-
regelen genomen, kan de gebruiker de terugslagkrachten
overheersen. Laat de kettingzaag nooit los.
Voorkom een abnormale lichaamshouding en zaag niet
boven schouderhoogte. Hierdoor wordt een abusievelijk
contact met het railpunt voorkomen en een betere controle
van de kettingzaag in onverwachte situaties mogelijk ge-
maakt.
Maak steeds gebruik van de door de fabrikant beschre-
ven reserverails en zaagkettingen. Verkeerde reserverails
en zaagkettingen kunnen tot scheuren van de ketting en/of
terugslag leiden.
Volg de instructies van de fabrikant omtrent het scher-
pen en het onderhoud van de zaagketting op. Te lage
dieptebeperkers verhogen de neiging tot terugslag.
107