Table des Matières

Publicité

Les langues disponibles

Les langues disponibles

Wielvlucht aan de achteras instellen:
De verstelling van de wielvlucht gebeurt zoals bij de voo-
ras door het verdraaien van de bovenste draagarmen (A).
Aangezien de bovenste draagarm telkens een linkse en
rechtse schroefdraad heeft, moet u de draagarm voor het
verplaatsen van de wielvlucht niet uitbouwen.
In de demperbrug (B) en de fusee (C) bevinden zich nog
verschillende uithangpunten voor de bovenste draagarm.
Bij het in- en uitvederen van het wiel verandert de wie-
lvlucht zich afhankelijk van de montagepositie (vb. meer
wielvlucht bij het inveren van het wiel).
b) Spoor instellen
Het spoor (toespoor = afbeelding „A", naspoor = afbeelding „B")
heeft betrekking van de stand van het wielvlak ten opzichte van de
rijdrichting.
Tijdens het rijden worden de wielen door de rolweerstand vooraan
uit elkaar gedrukt en staan daarom niet meer exact parallel t.o.v.
de rijrichting. Ter compensatie kunnen de wielen van het stilstaand
voertuig zo ingesteld worden dat ze vooraan lichtjes naar binnen
wijzen. Dit toespoor zorgt tegelijkertijd voor een betere zijdelingse
geleiding van de banden en zodoende voor een directere reactie
van de besturing.
Als u een zachtere reactie van de besturing wenst, kan dit via de
instelling van een naspoor bereikt worden, d.w.z. de wielen van het
stilstaand voertuig wijzen naar buiten. Een spoorhoek van 0° aan
de vooras zorgt voor een prima bestuurbaarheid op zowat elke on-
dergrond.
Een spoorhoek van meer dan 3° toespoor (A) of naspoor (B) leidt tot problemen bij het hanteren en een
lagere snelheid, bovendien verhoogt uw bandenslijtage.
De bovenstaande afbeelding toont een sterk overdreven instelling die enkel dient voor de verduidelijk van
het onderscheid tussen voor- en nadeel. Wordt een dergelijke instelling bij het voertuig gekozen dan is het
nu nog zeer slecht wisselbaar!
A
B
A
C
B
¦ ¦
89

Publicité

Table des Matières
loading

Ce manuel est également adapté pour:

1405880

Table des Matières