Voorinstellingen via het bedieningspaneel
In de modus voorinstellingen kunnen bedrijfstoestanden worden opgero-
epen en voorinstellingen worden gedaan.
Wisselen naar de voorinstelmodus
– Toetsen
en
buiten een bruiningsycylus tegelijkertijd
minstens vijf seconden indrukken. Op het display verschijnt
– Voer de code in (zie pagina 175).
– Als u de voorinstelmodus voor de eerste keer oproept, druk dan vier
keer op de START/STOP-toets.
Op het display verschijnt kort
(functie 1) en de voorinstelwaarde (zie kolom "Bij levering").
– Door op de
toets te drukken bladert u omhoog naar de vol-
gende functie (van -01- tot -19-).
– Door op de
toets te drukken bladert u omlaag naar de volgen-
de functie (van -19- tot -01-).
174
.
, dan verschijnen afgewisseld
Voorinstellingen wijzigen
De vooringestelde waarde verhogen:
– START/STOP-toets indrukken en vasthouden, tegelijkertijd de
toets indrukken.
De vooringestelde waarde verlagen:
– START/STOP-toets indrukken en vasthouden, tegelijkertijd de
toets indrukken.
Terugzetten op de laatst ingestelde waarde:
– Druk op de START/STOP-toets.
Terugzetten op de leveringstoestand:
– Zie functie
.
Opmerking:
Dertig seconden nadat de toets voor het laatst is ingedrukt,
schakelt het apparaat automatisch weer terug naar de rusttoe-
stand. De actueel ingestelde waarden worden overgenomen.
De voorinstellingen worden vanaf pagina 177.