Afwijking van een referentieafmeting (zie afb. D):
Meet de afmeting van een referentievoorwerp (hier A).
£
Laat de meetbekken
£
toets voor nulstelling (ZERO)
Meet vervolgens de afmeting van het tweede voorwerp.
£
Het LCD-scherm
van het tweede voorwerp tegenover de afmeting van het
referentievoorwerp (A).
De dikte van een bodem van een voorwerp meten
(zie afb. E):
Meet eerst de diepte van het voorwerp.
£
Laat de dieptevoeler
£
voor nulstelling (ZERO)
Meet nu de afmeting van het volledig voorwerp. Het
£
LCD-scherm
voorwerp aan.
De afstand tussen twee identieke gaten meten (zie
afb. F):
Meet eerst de afmeting van een van de beide identieke
£
gaten.
Laat de meetbekken
£
toets voor nulstelling (ZERO)
Meet daarna de volledige afmeting. Het LCD-scherm
£
geeft nu de afmeting van de gemiddelde afstand aan.
Eigenschappen van de metrische-ISO-
schroefdraden:
Nominale
diameter:
[mm]
3
4
5
6
8
10
12
16
20
§ Probleemoplossing
Het apparaat bevat gevoelige elektronische componenten. Het
is aldus mogelijk dat het door radiografische apparaten die
zich in de directe omgeving bevinden gestoord wordt. Indien
foutieve meldingen op het scherm verschijnen, dient u deze
apparaten uit de buurt van het apparaat te verwijderen.
/
2
toont nu de afwijking van de afmeting
5
in deze positie en druk op de toets
6
9
geeft nu de dikte van de bodem van het
5
/
2
Toename:
Kerndiameter:
[mm
]
[mm]
-1
0,5
2,46
0,7
3,24
0,8
4,13
1
4,92
1,25
6,65
1,5
8,38
1,75
10,11
2
13,84
2,5
17,29
in deze positie en druk op de
11
.
9
.
in deze positie en druk op de
11
.
9
5
Boordiameter:
[mm]
2,5
3,3
4,2
5
6,8
8,5
10,2
14
17,5
NL/BE 45