NL
17. Houd de werkplek altijd schoon en opgeruimd. Zorg ervoor dat een brandblusser bij de hand is.
18. Gebruik de machine niet bij explosiegevaar of in natte of vochtige omgevingen waar zich een elek-
trische schok kan voordoen.
19. Richt uw aandacht op het werk. Houd het potentiële gevaar van ongevallen voor ogen om ervoor
te zorgen, dat deze zich niet voordoen. Gebruik uw gezond verstand en werk niet met de machine
als u ziek of moe bent of onder invloed verkeert van alcohol of drugs.
20. Gebruik de machine enkel voor de doeleinden waarvoor deze is bedoeld en zorg ervoor, dat de
machine niet wordt overbelast.
21. Maak uw gereedschap goed schoon en berg het na gebruik op een veilige plek op. Gebruik geen
perslucht voor het reinigen, alleen een zachte borstel.
22. Ontkoppel de voedingskabel als de machine niet wordt gebruikt en bewaar deze buiten het bereik
van kinderen.
23. Laat de machine nooit onbewaakt achter.
24. Gebruik alleen door de fabrikant aangeraden onderdelen.
25. Sluit enkel aan op een AC 230 V éénfase voedingsbron met 10A/16A zekeringen en hoofdscha-
kelaar.
52