OPmERKING– Als u een laagfrequente toon hoort, werkt het apparaat niet correct. Raadpleeg de probleemoplossingstabel op pagina 37 en neem zo nodig contact op met
uw DeVilbiss-leverancier.
2.
Controleer de uitstroommeter en kijk of het puntje op de uitstroommeter op het streepje staat naast het voorgeschreven uitstroomvolume.
VOORZICHTIG– Het is heel belangrijk dat u zich aan de door uw arts voorgeschreven zuurstofdosis houdt. Verhoog of verlaag het volume niet, maar raadpleeg uw arts.
OPmERKING– Uw DeVilbiss-leverancier kan de uitstroommeter zodanig hebben ingesteld dat u de stand ervan niet kunt wijzigen.
OPmERKING– Als de knop van de uitstroommeter naar links wordt gedraaid, wordt het uitstroomvolume verlaagd (en uiteindelijk uitgeschakeld). Als de knop naar rechts
wordt gedraaid, wordt het volume verhoogd.
OPmERKING– Zorg er bij samenstellingen van 5 l/min voor dat de bal is gecentreerd op de 5-liter lijn. De bal mag de rode lijn niet raken. Als de stroom wordt ingesteld op
een waarde groter dan 5, kan het zuurstofgehalte dalen.
OPmERKING– Het alarm voor een lage flow wordt geactiveerd als de bal van de flowmeter is ingesteld op een waarde van minder dan 0,3 lpm. Het apparaat blijft werken,
maar het lampje Service vereist gaat branden en er klinkt een alarmsignaal. Stel de flowmeter in op de voorgeschreven flow.
3.
Uw DeVilbiss concentrator is nu gereed voor gebruik. Breng de canule of het masker aan op de juiste wijze. Figuur 4. Wacht 20 minuten totdat de zuurstofconcentrator
de vereiste prestaties levert .
Devilbiss OSD bediening:
Het Oxygen Sensing Device (OSD) is een eenheid binnen uw concentrator die de hoeveelheid zuurstof bewaakt die wordt aangemaakt door uw apparaat . Als het systeem
wordt ingeschakeld, gaan alle vier de lampjes op het voorpaneel (Power, Service Required, Oxygen Low en Oxygen Normal) kort aan. Na enkele seconden blijven alleen de
lampjes Power en Normal Oxygen branden.
De OSD-lampjes op het voorpaneel hebben de volgende functies:
• Groen lampje Normal Oxygen: acceptabel zuurstofniveau.
• Geel lampje Oxygen Low: te laag zuurstofniveau.
Als het zuurstofgehalte beneden een aanvaardbaar peil komt, gaat het groene lampje Normal Oxygen uit en begint het gele lampje Oxygen Low te branden. Schakel uw
systeem voor reservezuurstof in. Raadpleeg de sectie "Oplossing van eenvoudige problemen" op pagina 42 in dit boekje en neem contact op met uw DeVilbiss-leverancier.
Als extra veiligheidsfunctie wordt gebruik gemaakt van een geluidsalarm dat met tussenpozen klinkt als het zuurstofgehalte te ver daalt . Neem direct contact op met uw
DeVilbiss-leverancier . Probeer geen andere onderhoudsactiviteiten uit te voeren .
SySTEEm vOOR RESERvEzuuRSTOF
Bij wijze van voorzorgsmaatregel dient uw DeVilbiss-leverancier u te voorzien van een systeem voor reservezuurstof. Als uw apparaat geen stroom meer krijgt of niet correct
werkt, klinkt een signaal van het waarschuwingssysteem en kunt u het systeem voor reservezuurstof inschakelen (indien meegeleverd). Neem vervolgens contact op met uw
DeVilbiss-leverancier .
vERzORgINg vAN DE cONcENTRATOR
OPmERKING– Gebruik geen smeermiddelen, olie of vet.
wAARScHuwINg
Zet, voordat u de reinigingsprocedures probeert uit te voeren, het systeem uit.
Luchtbevochtiger (herbruikbare flessen)
Als u arts bevochtiging heeft voorgeschreven, reinigt u de fles van de bevochtiger dagelijks. Volg de aanwijzingen van uw leverancier. Als er geen reinigingsinstructies zijn
meegeleverd, voert u de volgende stappen uit:
1 .
Was de luchtbevochtiger in een oplossing van heet water en afwasmiddel . Figuur 5 .
2.
Dompel de luchtbevochtiger gedurende 30 minuten in een oplossing van één deel witte azijn op drie delen heet water. Figuur 6. Deze oplossing doodt eventueel
aanwezige bacteriën.
3.
Spoel de luchtbevochtiger goed schoon met heet water uit de kraan en vul de fles vóór gebruik opnieuw met gedestilleerd water. Figuur 7. Maak de fles niet te vol.
canule, masker en slang
Maak de canule, het masker en de slang goed schoon en breng ze opnieuw aan volgens de instructies van uw DeVilbiss-leverancier.
Luchtfilter en zuurstofuitstroomconnector
Het luchtfilter en de zuurstofconnector moeten minimaal één keer per week worden gereinigd. U kunt deze onderdelen als volgt reinigen:
1.
Verwijder het luchtfilter, dat zich aan de achterzijde van het apparaat bevindt. Verwijder de zuurstofuitstroomconnector (indien hiervan gebruik wordt gemaakt).
2.
Was filter en connector in een oplossing van warm water en afwasmiddel. Figuur 8.
3.
Spoel de onderdelen goed schoon met warm water uit de kraan en veeg ze droog met een handdoek. Het filter moet volledig droog zijn voordat het opnieuw wordt
geïnstalleerd.
VOORZICHTIG– Probeer niet het apparaat in te schakelen als het luchtfilter niet is aangebracht of als het filter nog nat is om schade aan het product te voorkomen.
Externe behuizing
Maak de kast om de concentrator voor zover nodig schoon met een vochtige doek of spons en een mild huishoudelijk reinigingsmiddel; veeg hem daarna droog.
wAARScHuwINg
Verwijder de behuizing van de concentrator niet om elektrische schokken te voorkomen. De behuizing mag uitsluitend worden verwijderd door een
gekwalificeerde technicus van DeVilbiss. Giet geen vloeistoffen over de behuizing heen en gebruik geen oplos- of reinigingmiddelen op petroleumbasis.
Het gebruik van bijtende chemicaliën (met inbegrip van alcohol) wordt niet aanbevolen. Als bacteriedodende reiniging is vereist, dient een product dat niet op
alcoholbasis is te worden gebruikt om schade te voorkomen.
SE-525
NL - 41