b) Reiniging
Voordat u het apparaat reinigt, dient u absoluut de volgende veiligheidsvoorschriften in acht te nemen:
Bij het openen van afdekkingen of het verwijderen van onderdelen, ook wanneer dit handmatig
mogelijk is, kunnen spanningvoerende onderdelen worden blootgelegd.
Vóór reiniging of reparatie moeten de aangesloten snoeren van het meetapparaat en van alle
meetobjecten worden gescheiden. Schakel de DMM uit.
Gebruik voor het schoonmaken geen schurende schoonmaakmiddelen, benzine, alcohol of soortgelijke producten.
Hierdoor wordt het oppervlak van het meetapparaat aangetast. Bovendien zijn de dampen schadelijk voor de ge-
zondheid en explosief. Gebruik voor de reiniging ook geen scherp gereedschap, schroevendraaiers of staalborstels
en dergelijke.
Gebruik een schone, pluisvrije, antistatische en licht vochtige schoonmaakdoek om het product te reinigen. Laat het
apparaat goed drogen voordat u het weer in gebruik neemt.
c) Plaatsen en vervangen van de batterij
Voor het gebruik is een 9 V blokbatterij (vb. 6F22 of identiek) nodig. Bij de eerste ingebruikname of wanneer het
symbool voor vervanging van batterijen in het scherm verschijnt, moeten nieuwe, volle batterijen worden geplaatst.
Voor het plaatsen of vervangen gaat u als volgt te werk:
- Ontkoppel de aangesloten meetsnoeren van het meetcircuit en van
uw meetapparaat. Schakel de DMM uit.
- Klap de opstelbeugel aan de achterzijde omhoog en maak beide
schroeven aan de achterzijde op het batterijdeksel (8) met een pas-
sende kruiskopschroevendraaier los. Verwijder het batterijvakdeksel
van het apparaat.
- Vervang de lege batterij voor een nieuwe van hetzelfde type.
Verbind de nieuwe batterij met de juiste polariteit met de batterijclip
en plaats de batterij in het vak. Let op de polariteitgegevens in het
batterijvak.
- Sluit de behuizing weer zorgvuldig.
Gebruik het meetapparaat in geen geval in geopende toestand. !LEVENSGEVAAR!
Laat geen lege batterij in het meetapparaat aangezien zelfs batterijen die tegen lekken zijn bevei-
ligd, kunnen corroderen, waardoor chemicaliën vrij kunnen komen die schadelijk zijn voor uw
gezondheid of schade veroorzaken aan het apparaat.
Laat batterijen niet achteloos rondslingeren. Deze kunnen door kinderen of huisdieren worden
ingeslikt. Raadpleeg bij inslikken onmiddellijk een arts.
Verwijder de batterij als u het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt om lekkage te voorko-
men.
Lekkende of beschadigde batterijen kunnen bij huidcontact bijtende wonden veroorzaken. Draag
daarom in dit geval beschermende handschoenen.
Let op, dat batterijen niet worden kortgesloten. Gooi geen batterijen in het vuur.
Batterijen mogen niet worden opgeladen of gedemonteerd. Er bestaat brand- en explosiegevaar.
81