Onderhoud; Periodiek Onderhoud - Zehnder ComfoCool Q600 Manuel De L'installateur

13. Verwijder de hygiënische covers van het toestel en
sluit de luchtkanalen aan.
14. Voor verdere installatie van de warmteterugwinunit
wordt verwezen naar de handleiding van de
warmteterugwinunit.
15. Steek de netstekker van de warmteterugwinunit en
de ComfoCool Q600 in het stopcontact.
De ComfoCool Q600 zal om
veiligheidsredenen 15 minuten wachten
alvorens de compressor voor het eerst
wordt ingeschakeld.
Externe temperatuursensor
De ComfoCool Q600 wordt standaard aangestuurd door
de retourluchttemperatuur van de warmteterugwinunit.
De ComfoCool Q600 kan eventueel ook worden
aangestuurd door een eigen externe temperatuursensor.
Volg onderstaande montagestappen voor aansturing
door een externe temperatuursensor:
1. Zorg voor een 10k NTC sensor (KTY 81-210) en
voldoende bekabeling. De NTC kabel loopt ongeveer
50 cm door in de unit.
2. Demonteer het kunststof front (A).
3. Demonteer het plaatstalen front (B).
4. Verwijder het schuim (E) naast het
elektronicacompartiment aan de kant van de
condensafvoer.
5. Prik de lege afdichttule (F) naast het
elektronicacompartiment aan de kant van de
condensafvoer door.
6. Prik de afdichttule (G) aan de kant van de unit naast
de condensafvoer door.
7. Haal de kabel van de NTC voeler door de
afdichttules.
8. Bevestig de kabel van de NTC-sensor aan de
connector met de markering „Tsupply" (X2).
9. Maak een trekontlasting door naast de afdichttule aan
de binnenkant van de unit een tiewrap te plaatsen op
de sensorkabel.
10. Monteer de NTC-sensor op de gewenste
meetlocatie.
11. Monteer de onderdelen terug in omgekeerde
volgorde vanaf stap 4
Zorg ervoor dat tijdens de montage ALLE
schroeven vastzitten. (max. 1,5 Nm)
De software herkent automatisch de aanwezigheid van
de externe temperatuursensor.

5. Onderhoud

5.1 Periodiek onderhoud

Eens per 4 jaar dienen de warmtewisselaars, de
condensbak en de condensafvoer te worden gereinigd.
Ga hiervoor als volgt te werk:
1. Demonteer het kunststof front (A)
2. Demonteer het plaatstalen front (B)
3. Geef de voedingskabel en de communicatiekabel
ruimte en demonteer het spatscherm (C) onder de
verdamper
4. Trek de koeltechnische skid (D) maximaal 25 cm naar
voren.
5. Reinig de verdamper, condensor en condensbak
met een mild reinigingsmiddel. Let hierbij op, dat
de lamellen van de verdamper en condensor niet
beschadigen. Indien de lamellen wel verbuigen, is
dit te herstellen met een lamellenkam. Spoel de
gereinigde onderdelen af met water.
G
C
D B A
X2
E F
7 - NL