• Gebruik geen wankele voetenstand of ladder.
• Reik niet te ver tijdens het werken met de machine.
• Zaag niet boven schouderhoogte.
• Gebruik steeds beide handen om de zaag vast te houden.
7. Onderhoud
Vooraleer de machine te reinigen, te inspecteren of te herstellen moet u zorgen dat de
motor is gestopt en is afgekoeld. Koppel de bougie los om ongewild starten te
voorkomen.
■ ONDERHOUD NA ELK GEBRUIK
1. Luchtfilter
Draai de knop los en verwijder het luchtfilterdeksel. Neem de filterelementen af en tik het
aangehechte zaagsel af. Als ze extreem vuil zijn, was ze dan al schuddend af met benzine.
Droog ze volledig vooraleer ze opnieuw te installeren.
2. Oliepoort
Demonteer de kettinggeleider en controleer de oliepoort op verstopping.
Oiling port
3. Kettinggeleider
Als de kettinggeleider wordt gedemonteerd, verwijder dan het zaagsel in de geleidergroef en
de olietoevoerpoort. <Type : tandwielneus>
Smeer het neustandwiel van de aanvoerpoort aan de punt van de kettinggeleider.
EN
Olievulopening
NL
62