5.
Controleer de trek.
tijd openhoudt kan de schoorsteen oververhit raken, wat kan
leiden tot beschadiging van de schoorsteen of tot brandgevaar.
HOUT BIJvULLEN
Wanneer de vorige charge bijna de gloeifase heeft bereikt en er nog
slechts kleine, maar duidelijk zichtbare vlammen te zien zijn, kan er
hout worden bijgevuld. Leg bij het bijvullen 2 stukken hout op de bo-
dem van het vuurbed met de uiteinden naar de kacheldeur toe en leg
de rest er dicht gestapeld bovenop. Leg het hout niet tegen de ach-
terwand van het vuurbed aan. Het hout mag tot ca. 5 cm uitsteken
boven de spleet tussen de vuurbedpanelen (afbeelding 7). Bij normaal
stoken wordt geadviseerd om 1 - 2 keer bij te vullen.
Tijdens gebruik moet de kacheldeur als regel gesloten worden ge-
houden. Uitzonderingen daarop zijn het aansteken, bijvullen en het
einde van de gloeifase, zoals in deze gebruiksaanwijzing omschreven.
BEËINDIGEN vAN HET STOKEN
Zet, wanneer de laatste charge de gloeifase heeft bereikt, de lucht-
regeling in de gloeistand (afbeelding 8). Trek daarna met een daar-
voor geschikt gereedschap de gloeiende kooltjes die aan de randen
van het vuurbed liggen op het rooster (afbeelding 9). Zo verbranden
de kooltjes efficiënt. Por de kooltjes nog een paar keer op totdat ze
zijn opgebrand. Zet daarna de luchtregeling in de gesloten stand (af-
beelding 10) en sluit tenslotte de schoorsteenklep (afbeelding 11).
Denk eraan! Kolendamp is een reukloos, smaakloos, kleurloos en giftig
gas, dus wees zorgvuldig.
6.
Laad de eerste charge volgens de instructie.
Tijdens het stoken en ook nog lange tijd daarna kunnen het opper-
vlak en de inwendige delen van de kachel gloeiend heet zijn. Het op-
pervlak van de kachel is 2 – 3 uur na beëindiging van het stoken het
heetst. volg daarom de gebruiksaanwijzing, ook om oververhitting
te voorkomen.
Bewaar geen van brandbaar materiaal gemaakte voorwerpen boven-
op de kachel, op de kachelplateaus of in de onmiddellijke nabijheid
van de kachel.
7.
Laad de tweede charge volgens de instructie.
NLD
8.
Zet de luchtregeling in de gloeistand.
9.
Schuif de gloeiende kooltjes van de randen op
het rooster.
10.
Zet de luchtregeling dicht.
5.
11.
Sluit de schoorsteenklep.
17