Algemene Onderhoudswerkzaamheden - EINHELL RT-FF 1220 U Mode D'emploi

Anleitung RT_FF_1220_U_SPK2:_
NL
Wacht met het zagen tot het zaagblad (4) zijn
maximumtoerental heeft bereikt.
De dwarsaanslag (fig. 52, pos. 52) en het
werkstuk naar het zaagblad (4) toe schuiven
teneinde de snede uit te voeren. Let op! Hou
altijd het met de dwarsaanslag geleide
werkstuk vast, nooit het vrije werkstuk dat
afgesneden wordt.
Dwarsaanslag (fig. 52, pos. 52) altijd blijven
vooruitschuiven tot het werkstuk helemaal is
doorgesneden.
Zaag weer uitzetten.
Zaagafval pas verwijderen als het zaagblad
stilstaat.
8. Verwisselen van zaagblad,
onderhoud en nauwkeurige
instelling
Voor alle onderhouds- en afstelwerkzaamheden
zeker de netstekker uit het stopcontact trekken!

8.1 Algemene onderhoudswerkzaamheden

Hou de ventilatiespleten van de machine steeds
vrij en schoon.
Machine regelmatig van stof en verontreinigingen
ontdoen. Voor het schoonmaken gebruikt u best
perslucht of een doek.
Alle bewegelijke onderdelen moeten op gezette
tijden worden bijgesmeerd.
Gebruik voor het schoonmaken van de kunststof
geen bijtende middelen.
8.2 Verwisselen van zaagblad (fig. 51-57)
De zaag inrichten als afkort- en verstekzaag. (zie
7.2.1)
De arreteerpen (fig. 31, pos. 25) voor de
hoogteverstelling uittrekken en met 90° naar links
draaien. De machinekop (17) langzaam laten
zakken tot hij vastklikt.
De rubberstop (fig. 53, pos. 53) op het riemhuis
aftrekken (fig. 53). De zaagas vasthouden met
een inbussleutel (fig. 54).
De flensschroef aan de kant van het zaagblad
losdraaien met een tweede inbussleutel. Let op!
Linkse schroefdraad! (Fig. 55)
De flensschroef (fig. 56, pos. 54) en de
buitenflens (fig. 57, pos. 55) verwijderen.
De spaankast verwijderen (zie 7.3.6).
Het zaagblad (fig. 58, pos. 4) van beneden
wegnemen van de zaagas (fig. 59, pos. 56) en
naar beneden eruit nemen. Te dien einde het
zaagblad onder de zaagtafel vastpakken
(handschoenen dragen), zaagblad vooraan
40
21.11.2007 13:57 Uhr Seite 40
nauw laten aansluiten bij de voorste
zaagbladafdekking en achteraan naar beneden
eruit trekken (fig. 58).
De zaagas (fig. 59, pos. 56), de buitenflens (fig.
57, pos. 55) en de flensschroef (fig. 56, pos. 54)
grondig schoonmaken.
Een nieuw zaagblad monteren: draairichting in
acht nemen! De snijschuinte van de tanden
moet in draairichting, d.w.z. naar voren
wijzen (zie pijl op de zaagbladafdekking).
Daarvoor het zaagblad (fig. 58, pos. 4) van
beneden door de zaagtafel leiden, zaagblad
achteraan nauw laten aansluiten tegen de
achterste zaagbladafdekking en vooraan omhoog
schuiven.
De buitenflens (fig. 57, pos. 55) er terug
opsteken. De beide meenemerflanken moeten in
de uitsparingen van de zaagas grijpen.
De flensschroef (fig. 56, pos. 54) er terug in
plaatsen en aanhalen; daarvoor de zaagas
opnieuw tegenhouden met de tweede
inbussleutel (fig. 54).
Let op! Linkse schroefdraad! Flensschroef
goed aanhalen!
De rubberstop (fig. 53, pos. 53) opnieuw
aanbrengen op het riemhuis.
Het zaagblad (fig. 58, pos. 4) en de tweedelige
zaagbladafdekking op perfecte functie
controleren.
Als u in de werkmodus afkort- en verstekzaag wilt
verderwerken dient u de spaankast opnieuw aan
te brengen (zie ook 7.2.1/7).
8.3 Aandrijfriem spannen/verwisselen (fig. 60-63)
De aandrijfriem brengt de kracht van de motor over
naar de zaagas. Als u de riem midden tussen de
riemschijven met meer dan 5 mm kan verschuiven,
dient u hem na te spannen. Is de aandrijfriem
versleten, moet hij worden vervangen.
8.3.1 Spanning of toestand van de riem
controleren
De zaag naar de stand afkort- en verstekzaag
brengen (zie ook 7.2.1.). De machinekop in de
onderste stand fixeren d.m.v. de arreteerpen. (zie
7.3.1/7)
De plastieken afdekking afschroeven (fig. 60+61).
Riemspanning controleren door met een vinger
op de riem te drukken. Riem op slijtage
controleren.
Zijn de toestand en de spanning van de riem in
orde, de plastieken afdekking terug aanbrengen.
Is dit niet het geval, dient u te werk te gaan zoals
hieronder beschreven in 8.3.2.