SJ-110659.1
OMSCHRIJVING ONDERDELEN
1. Duwer
2. Vultrechter
3. Zeef
4. Kan
5. Handgreep
6. Saptuit met dop
7. Pulptuit
8. Motoreenheid
9. Draaischakelaar
10. Snoer
11. Pulpbeker
12. Sapbeker
13. Schoonmaakborstel
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
Veeg de buitenkant van het apparaat zorgvuldig schoon om eventueel aanwezige stofresten te verwijderen.
Droog met een droge doek. Gebruik geen agressieve schurende schoonmaakmiddelen.
Was de accessoires af met een warm sopje en droog deze daarna af. Dompel het netsnoer of de motor van dit
apparaat nooit onder in water of andere vloeistoffen.
Was de kan, zeef, vultrechter, duwer, sapbeker en pulpbeker in een warm sopje en gebruik een zachte doek of
nylon borstel. Spoel en droog zorgvuldig.
IN ELKAAR ZETTEN
Voor u de sapcentrifuge in elkaar gaat zetten, dient u er zeker van te zijn dat de stekker niet in het stopcontact
zit.
1. Plaats de motoreenheid op een vlak en droog oppervlak.
2. Onder de kan bevindt zich een pulpextractie-rubber dat wordt gebruikt om de pulp in de tuit van de kan te
verwijderen. Zorg dat het rubber stevig in de opening vast zit. (Afb.1)
3. Plaats de kan bovenop de motoreenheid ervoor zorgend dat de 3 inkepingen van de kan
overeenstemmen met de 3 uitsteeksels op de motoreenheid. Zorg dat de kan volledig en juist op de as
van de motoreenheid is geplaatst. (Afb.2)
4. Breng de zeef in het midden van de kan aan. Duw de zeef omlaag en zorg hierbij dat de as door de zeef
gaat. (Fig.3) Opgelet! De vultrechter kan niet worden afgesloten als de zeef niet juist is geplaatst.
Afb. 1
- 27 -
a.
Rubber in
b.
Rubber uit
c. Saptuit
NL