Namen en functies van onderdelen
■ Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening
1
Verwijder de klep van het batterijvak.
2
Plaats twee batterijen (AAA, R03, UM-4) in
het vak met de polen (+ en −) de goede kant
op, zoals aangegeven in het batterijvak.
1
3
Plaats de klep van het batterijvak terug.
3
182
■ De afstandsbediening bedienen
Zorg dat u de afstandsbediening binnen de weergegeven
zone gebruikt en rechtstreeks op de
afstandsbedieningssensor op het voorpaneel van dit toestel
richt.
2
Maximaal 6 m
30
30