NL
de stationaire leiding met alpolige ope-
ningscontacten. De contactafstand moet
bij alle polen minimaal 3 mm bedragen.
• LET OP! Net als bij het gebruik van
andere elektrische huishoudelijke appa-
raten, moeten bij het gebruik van deze
ventilator de volgende basisregels in acht
worden genomen:
– Raak de ventilator nooit aan met natte
of vochtige handen.
– Raak de ventilator nooit blootsvoets
aan.
• Voor het aansluiten van het apparaat
moet gegarandeerd zijn, dat de netaan-
sluiting overeenkomt met de aansluitge-
gevens van het apparaat.
• Het apparaat mag uitsluitend binnen de
aangegeven grenzen voor spanning, ver-
mogen en nominaal toerental gebruikt
worden (zie typeplaatje).
• Wanneer het apparaat niet wordt
gebruikt, moet het altijd worden losge-
koppeld van het elektriciteitsnet met
behulp van een alpolige schakelaar.
• Schakel het apparaat voor en tijdens
transport spanningsloos.
Onderhoud
• Zorg er, voorafgaand aan alle werkzaam-
heden en instellingen, voor dat het appa-
raat volledig is losgekoppeld van de voe-
ding door middel van een alpolige scha-
kelaar.
• Er mogen alleen onderhoudswerkzaam-
heden worden uitgevoerd en storingen
worden verholpen die hier beschreven
zijn. Alle andere werkzaamheden moeten
worden uitgevoerd door een gekwalifi-
ceerde vakman.
80
Apparaatspecifieke
veiligheidsaanwijzingen
• Apparaat uitsluitend in volledig gemon-
teerde staat inschakelen en gebruiken.
• Het apparaat mag niet in de buitenlucht
gebruikt worden.
• Geen voorwerpen door het ventilatie-
rooster in het apparaat inbrengen.
• Het apparaat nooit aan water of andere
vloeistoffen blootstellen.
• De ventilator is ontworpen voor bedrijf bij
omgevingstemperaturen van +1 °C tot
+40 °C.
• LET OP! Gebruik de ventilator niet buiten
het gespecificeerde temperatuurbereik.
• De af te leiden luchtstroom moet schoon
zijn, d.w.z. hij mag geen vet of roestdeel-
tjes, chemische of bijtende middelen, ont-
vlambare of explosie mengsels bevatten.
• Verstop de in- en afvoeropening voor de
lucht niet. Controleer bij apparaten die in
leidingen worden geïnstalleerd, of de lei-
ding niet verstopt is.
• Levensgevaar als het apparaat gelijktijdig
wordt gebruikt met een van kamerlucht
afhankelijke vuurhaard (bv. gas-, olie-,
hout- of kolenkachels)! Door de zuigwer-
king kunnen giftige verbrandingsgassen
uit de schoorsteen of afzuigschacht van
de vuurhaard weer terug in de kamerlucht
worden getrokken! Bovendien wordt de
verbranding in de vuurhaard negatief
beïnvloed (onvoldoende verbrandings-
lucht). Uitsluitend voldoende toevoerlucht
voorkomt deze gevaarlijke onderdruk.
• Als het apparaat gelijktijdig met vuurhaar-
den wordt gebruikt, mag de onderdruk in
de opstelruimte van de vuurhaard niet
groter zijn dan 4 Pa (4×10
-5
bar).