•
De gebruiker mag alleen de onderhouds- en
servicewerkzaamheden uitvoeren die in deze
bedieningshandleiding zijn beschreven. Ga naar
uw servicedealer voor verdergaande service- of
onderhoudswerkzaamheden.
•
Reinig de accu of acculader nooit met water. Sterke
reinigingsmiddelen kunnen schade aan het kunststof
veroorzaken.
•
Als u geen onderhoud uitvoert, verkort dit de
levenscyclus van het product en vergroot het risico
op ongevallen.
•
Voor alle service en reparaties is speciale training
vereist, vooral voor de veiligheidsvoorzieningen
op het product. Als niet alle controles in deze
bedieningshandleiding een goed resultaat geven
nadat u onderhoud hebt uitgevoerd, ga dan naar
uw servicedealer. Wij garanderen dat u daar
professionele reparaties en service voor uw product
krijgt.
•
Gebruik alleen originele reserveonderdelen.
Veiligheidsinstructies voor snijuitrusting
WAARSCHUWING:
volgende waarschuwingen voordat u het
product gaat gebruiken.
•
Gebruik alleen goedgekeurde combinaties van
zaagblad/zaagketting en de hulpmiddelen voor
Technische gegevens op pagina 485 voor
vijlen. Zie
instructies.
De geleider en zaagketting monteren
(met zaagbladknop)
WAARSCHUWING:
de accu voordat u het product monteert of
onderhoudt.
1. Schakel de kettingrem uit. (Fig. 51)
2. Maak de zaagbladknop los en verwijder de
afdekking van het kettingaandrijfwiel. (Fig. 52)
3. Plaats de geleider bovenop de geleiderbout. Duw
de geleider volledig in de achterste positie. Til
de zaagketting boven het kettingaandrijfwiel en
positioneer de ketting in de groef van de geleider.
Begin aan de bovenzijde van de geleider.
4. Zorg dat de snijkanten van de zaagschakels op de
bovenrand van het zaagblad naar voren wijzen. (Fig.
53)
5. Monteer de afdekking van het aandrijfkettingwiel en
breng de stelpen van de kettingspanner aan in de
uitsparing van de geleider.
6. Controleer of de aandrijfschakels van de zaagketting
correct aanliggen op het kettingaandrijfwiel.
472
•
Draag veiligheidshandschoenen wanneer u
onderhoud aan de zaagketting uitvoert of de
zaagketting gebruikt. Ook een zaagketting die niet
beweegt, kan verwondingen veroorzaken.
•
Houd de zaagtanden goed geslepen. Volg de
instructies en gebruik de aanbevolen vijlmal. Een
beschadigde of verkeerd geslepen zaagketting
vergroot de kans op ongevallen.
(Fig. 47)
•
Zorg voor de correcte tanddiepte. Volg de instructies
en gebruik de aanbevolen instelling voor de vijlmal.
Als de tanddiepte te groot is, vergroot dit de kans op
terugslag.
(Fig. 48)
•
Zorg dat de zaagketting de juiste spanning heeft. Als
de zaagketting niet strak tegen het zaagblad loopt,
kan de zaagketting van het zaagblad lopen. Een
verkeerde kettingspanning zorgt voor overmatige
slijtage van het zaagblad, de zaagketting en het
kettingaandrijfwiel. Zie
(Fig. 49)
•
Voer regelmatig onderhoud uit op de snijuitrusting en
Lees de
houd deze goed gesmeerd. Bij onvoldoende smering
van de zaagketting is de kans op slijtage van het
zaagblad, de zaagketting en het kettingaandrijfwiel
groter.
(Fig. 50)
Montage
7. Controleer of de zaagketting correct is
gepositioneerd in de groef op de geleider.
8. Span de zaagketting. Raadpleeg
pagina 479 voor instructies.
Verwijder altijd
9. Draai de zaagbladknop vast.
De geleider en zaagketting monteren
(met zaagbladbout)
1. Schakel de kettingrem uit. (Fig. 51)
2. Draai de zaagbladmoer los en verwijder de
afdekking van het kettingaandrijfwiel. (Fig. 54)
3. Plaats de geleider bovenop de geleiderbout. Duw
de geleider volledig in de achterste positie. Til
de zaagketting boven het kettingaandrijfwiel en
positioneer de ketting in de groef van de geleider.
Begin aan de bovenzijde van de geleider.
4. Zorg dat de snijkanten van de zaagschakels op de
bovenrand van het zaagblad naar voren wijzen. (Fig.
55)
Accessoires op pagina 486 .
Onderhoud op
WAARSCHUWING:
de accu voordat u het product monteert of
onderhoudt.
1860 - 007 - 09.01.2024
Verwijder altijd