• Inspecteer het gereedschap regelmatig om te controleren of de volgens ISO 11148 vereiste
nominale waarden en markeringen (zie "Beschrijving van de symbolen") leesbaar op het
gereedschap zijn aangebracht. De gebruiker (en werkgever indien van toepassing) neemt
wanneer nodig contact op met de fabrikant voor het verkrijgen van de juiste markeringslabels.
• Lucht onder druk kan ernstige verwondingen veroorzaken.
• Ontkoppel de machine van de luchttoevoer wanneer het niet in gebruik is.
• Koppel het gereedschap altijd los van de luchttoevoer voordat u accessoires verwisselt,
aanpassingen en/of reparaties uitvoert en wanneer u zich verplaatst van een werkgebied naar
een ander gebied.
• Houd uw vingers uit de buurt van de trekker wanneer u het apparaat niet bedient en wanneer u
van een werkgebied naar de andere gaat.
• Richt perslucht nooit op uzelf, anderen of dieren.
• Zwepende slangen kunnen ernstig letsel veroorzaken. Check altijd op beschadigde en losse
slangen en aansluitingen.
• Houdt pneumatisch gereedschap nooit bij de luchtslang vast.
• Bij gebruik van pneumatische gereedschap mag de maximale werkdruk niet worden
overschreden.
• Machines en accessoires horen regelmatig geïnspecteerd te worden. Niet gebruiken bij
beschadiging of overmatige slijtage.
• Pneumatische gereedschap mag alleen worden aangedreven door perslucht bij de laagste druk
die voor de taak vereist is, om lawaai en trillingen te beperken en slijtage te minimaliseren.
• Gebruik nooit zuivere zuurstof of brandbare gassen om pneumatische gereedschap aan te
drijven. Pneumatische gereedschap is niet ontworpen voor deze krachtbronnen en het gebruik
ervan levert brand- en explosiegevaar op.
• Wees u ervan bewust dat pneumatische gereedschap tijdens het gebruik koud kan worden,
hetgeen van invloed kan zijn op de greep, de controle en de gevoeligheid voor verwondingen
door trillingen.
BELANGRIJK: Zelfs indien men dit gereedschap gebruikt zoals voorgeschreven, is het onmogelijk
om alle residuele risicofactoren te elimineren. Indien u twijfels hebt met betrekking tot het veilige
gebruik van dit gereedschap, gebruik het dan niet
Rondvliegende gevaren
a) Het falen van het werkstuk, accessoires of de machine zelf kan resulteren in rondvliegende delen
op hoge snelheid.
b) Draag altijd stootbestendige oogbescherming tijdens het gebruik van dit gereedschap. De
vereiste beschermingsgraad moet voor elk gebruik worden beoordeeld.
c) Beoordeel het risico voor anderen bij het overwegen van het risico op projectielgevaar.
d) Zorg ervoor dat het werkstuk goed vastgezet is.
e) Het gereedschap moet worden losgekoppeld van de pneumatische lucht wanneer spijkers
worden uitgeladen, aanpassingen worden gedaan, klemmen worden verwijderd of accessoires
worden verwisseld.
f) Zorg ervoor dat de bevestigingsmiddelen correct in het materiaal doordringen en niet kunnen
worden afgebogen/afgeschoten in de richting van de bediener en/of omstanders.
g) Wees voorzichtig wanneer u bevestigingsmiddelen in dun materiaal of aan de rand van het
materiaal aanbrengt. De bevestigingsmiddelen kunnen dwars door het materiaal heen gaan of
het materiaal missen en schade of letsel toebrengen aan personen in de buurt.
h) Tijdens de werking kunnen brokstukken van het werkstuk en het bevestigingssysteem worden
afgevoerd.
i) Zorg ervoor dat het gereedschap altijd veilig op het werkstuk vastzit en niet kan wegglijden.
Gebruiksgevaren
a) Zorg ervoor dat gebruikers en onderhoudspersoneel fysiek in staat zijn om de massa, het gewicht
en het vermogen van het gereedschap te hanteren.
b) Houdt de machine juist vast zodat normale en plotselinge bewegingen met beide handen onder
controle gehouden kunnen worden. Houdt de machine stevig, met beide handen vast.
c) Zorg voor een stevige en gebalanceerde houding.
d) Gebruik alleen smeermiddelen, aanbevolen door de fabrikant.
e) Een persoonlijke veiligheidsbril moet worden gebruikt; geschikte handschoenen en
beschermende kleding worden aanbevolen.
f) Draag voor werkzaamheden boven het hoofd een veiligheidshelm.
g) Vermijd direct contact met bewegende delen om verwondingen door knellen of snijden te
voorkomen.
h) Wees u ervan bewust dat er een risico van elektrostatische ontlading bestaat bij gebruik op
plastic en andere niet-geleidende materialen. Neem de nodige maatregelen om dit risico te
beperken wanneer u met deze materialen werkt (bijv. door een aardingssysteem te gebruiken).
i) Houd er rekening mee dat bepaalde materialen brand- of explosiegevaar kunnen opleveren
tijdens het verwerken. Neem de nodige voorzorgsmaatregelen om de gevaren te beperken. De
werkgevers moeten de risico's duidelijk maken aan de gebruikers.
j) Schakel het machine uit/ laat de start-en-stopregeling los als de lucht- / stroomtoevoer wordt
onderbroken.
Pneumatische spijkermachine, 50 mm
k) Gebruik het gereedschap nooit als het veiligheidsmechanisme is uitgeschakeld.
l) Gebruik het gereedschap nooit als het defect is of abnormaal werkt. Stop onmiddellijk met het
gebruik en laat het gereedschap onderhouden door een erkend servicecentrum.
m) Wees voorzichtig bij het hanteren van bevestigingsmiddelen, vooral bij het in- en uitladen,
aangezien de bevestigingsmiddelen scherpe punten hebben die verwondingen kunnen
veroorzaken.
n) Onjuiste bevestigingsmiddelen die niet zijn ontworpen of de verkeerde maat hebben voor uw
gereedschap, kunnen letsel bij de gebruiker en schade aan het gereedschap veroorzaken.
o) Draag alleen handschoenen die voldoende vinger gevoel en veilige controle geven over de
trekkers en eventuele afstelinrichtingen.
Gevaren van herhaalde bewegingen
Bij het gebruik van de machine ervaart de gebruiker mogelijk ongemakken in de handen, armen,
schouders of andere delen van het lichaam.
a) Neem een comfortabele houding aan, terwijl je stevig blijft staan en vermijd ongemakkelijke of
uit balans geraakte houdingen. Verander van houding bij langdurige taken; dit kan ongemak en
vermoeidheid helpen voorkomen.
b) Het ervaren van de volgende symptomen hoort niet negeert te worden: terugkerend ongemak,
pijn, tinteling, ongevoeligheid, stijfheid en brandend gevoel. De gebruiker hoort de werkgever
te informeren en gezondheidshulp te raadplegen.
Accessoire gevaren
a) Koppel het gereedschap los van de luchttoevoer voordat u het accessoire monteert of vervangt.
b) Vermijdt contact met de accessoires tijdens en na gebruik Accessoires zijn vaak scherp en
kunnen tijdens het gebruik heet worden.
c) Gebruik alleen de maten en soorten accessoires en verbruiksartikelen die worden aanbevolen
door de fabrikant van het gereedschap; gebruik geen andere soorten of maten accessoires of
verbruiksartikelen.
Werkplaats gevaren
a) Ben bewust van gladde oppervlakken en gevaren, veroorzaakt door het gebruik van de machine
en luchtslangen. Misstappen, struikelen en vallen zijn de grootste werkplaatsongeluk-oorzaken.
b) Voor zover mogelijk mogen doorgangen en doorgangen niet worden geblokkeerd door
luchtleidingen of kabels. Neem passende maatregelen om het risico op struikelen te
verminderen, zoals het plaatsen van waarschuwingsborden en het bevestigen van kabels en
luchtleidingen.
c) Ga voorzichtig te werk in een onbekende omgeving om het risico van verborgen gevaren zoals
leidingen tot een minimum te beperken.
d) De machine is niet ontworpen voor gebruik in potentiëlen explosieve atmosferen en is niet
geïsoleerd tegen contact met stroom.
e) Zorg ervoor dat er zich geen elektrische leidingen, gasleidingen, enz. bevinden, die gevaar
zouden kunnen opleveren indien zij door het gebruik van het gereedschap worden beschadigd.
f) Houd omstanders uit de buurt (als u werkt in een gebied waar het risico bestaat dat
voorbijgangers passeren). Markeer duidelijk uw werkgebied.
Geluidsgevaren
Blootstelling aan hoge geluidsniveaus kan leiden tot blijvend gehoorverlies en andere problemen,
zoals tinnitus (rinkelen, zoemen, fluiten of brommen in de oren). Risicobeoordeling en het gebruik
van passende controlemaatregelen voor deze gevaren zijn van essentieel belang.
a) Gebruik passende controlemaatregelen om het risico van letsel door lawaai te beperken. Daartoe
behoort bijvoorbeeld het aanbrengen van geschikte geluidsisolatie die de geluidsontwikkeling
op het werkstuk laag houdt.
b) Gebruik gehoorbescherming in overeenstemming met de instructies van de werkgever en zoals
vereist door de gezondheids- en veiligheidsvoorschriften op het werk.
c) Gebruik en onderhoud de machine als voorgeschreven in de handleiding om onnodige
verhoging van geluidsniveaus te voorkomen.
d) Selecteert, onderhoud en vervangt u het gereedschap als aanbevolen in de handleiding om
onnodige verhoging van geluidsniveaus te voorkomen.
e) Wanneer de machine is voorzien van een geluidsdemper, zorg er voor dat deze juist functioneert
bij het gebruik van de machine.
f) Neem maatregelen om het lawaai in de werkruimte waar mogelijk te verminderen (bijv. door
dempingsmatten te gebruiken).
silverlinetools.com
39