b) Lcd-display
B
A
9. Ingebruikname
a) Inschakelen, opwarmen en werken met het soldeerstation
• Pak het soldeerstation uit en controleer of er geen onderdelen beschadigd zijn. Beschadigde onderdelen mogen
niet worden gebruikt.
• Plaats het soldeerstation op een stabiel en hittebestendig oppervlak.
• Zet de houder voor de soldeerbout naast het soldeerstation. Let hierbij op de positie van het soldeerstation.
Rechtshandigen plaatsen het apparaat het beste rechts naast zich, linkshandigen aan hun linkerkant. Let erop dat
de houder op een brand- en hittebestendige ondergrond wordt geplaatst.
De soldeerbout (8) kan zonder de afzuiginstallatie (3) en de ledverlichting worden gebruikt. De drie delen
kunnen naar behoefte gecombineerd worden gebruikt.
• Schakel het soldeerstation in met de aan-uitschakelaar (10) aan de achterkant.
• Steek de vijfpolige aansluitstekker van de soldeerbout in de aansluitbus (9) van het soldeerstation. De stekker past
alleen met de juiste polariteit in de bus. Let hierbij op de richting van de bus en de stekker.
• Beveilig de verbinding van de stekker en de bus door opschroeven en vastdraaien van de kartelmoer.
• Plaats de soldeerbout (8) in de soldeerboutstandaard. Houd er hierbij rekening mee dat de metalen bodemplaat
van de houder op den duur ook warm wordt.
• Verbind het netsnoer met de aansluiting (10) aan de achterkant van het soldeerstation en steek de stekker in het
stopcontact.
• Schakel het soldeerstation aan met de stroomschakelaar (10) (I = AAN / 0 = UIT). U hoort een geluidssignaal.
Het product voert een korte zelfcontrole uit en schakelt automatisch het led-display (1) in.
Wanneer u het apparaat inschakelt voordat de aansluitstekker van de soldeerbout (8) op de aansluitbus (9)
van het soldeerstation is aangesloten, wordt op het led-display (1) de storingsmelding "EEE" weergegeven.
Na het correct verbinden van de soldeerbout met de aansluitbus (9) verdwijnt deze storingsmelding. Deze
foutmelding verschijnt indien nodig weer als de soldeerbout losraakt of er andere contactproblemen zijn.
De foutmelding verschijnt ook bij systeemproblemen.
• Druk kort op de temperatuurdraairegelaar DOWN - UP + (6). Het lcd-display begint te branden.
• Stel de gewenste soldeerpunttemperatuur in met de temperatuurdraairegelaar DOWN - UP + (6). Het draaien
van de temperatuurdraairegelaar DOWN - UP + met de klok mee verhoogt de temperatuur. Het draaien van de
24
A Ingestelde temperatuur (SET)
C
B Actuele temperatuur (TEMP)
D
C Eenheid
E
F
D Opwarmmelding (HEAT)
E Wachtmelding (WAIT)
F Foutmelding (ERROR)
C