30
Problemen oplossen
2. Reinig het apparaat met een vochtige doek en een beetje afwasmiddel.
3. Wrijf het apparaat ten slotte droog met een schone doek.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Probleem
U kunt het apparaat niet inscha-
kelen of gebruiken.
U kunt de kookstand niet wijzi-
gen of de kookzone uitschake-
len.
Temperatuurinstelling wisselt
Er klinkt een geluid als het ap-
paraat is uitgeschakeld.
Er klinkt een geluid en het ap-
paraat schakelt zichzelf uit.
Er klinkt een geluid en het ap-
paraat wordt in- en uitgescha-
keld. Na 5 seconden klinken er
een of meer geluiden.
De restwarmte-indicatie wijzigt
de kleur niet.
De achtergrondverlichting is
aan maar het contrast van het
display is slecht
II en tekst gaan branden
? gaat branden
Mogelijke oorzaak en oplossing
• De kinderbeveiliging of de toetsblokkering of Stop+Go is ac-
tief. Schakel de functie uit. Zie het hoofdstuk "Bediening
van het apparaat".
• Automatische veiligheidsuitschakeling actief is. Verwijder
voorwerpen van het bedieningspaneel. Schakel het apparaat
opnieuw in.
• Er zijn 2 of meer sensorvelden tegelijk aangeraakt. Raak
slechts één sensorveld tegelijk aan.
• Schakel het apparaat opnieuw in en stel de temperatuur bin-
nen 10 seconden in.
• Er ligt water op het bedieningspaneel of het paneel is met
vetspatten bedekt. Bedieningspaneel schoonmaken
Er ligt water op het bedieningspaneel of het paneel is met vet-
spatten bedekt. Bedieningspaneel schoonmaken
Het vermogensbeheer is actief. Zie hoofdstuk Vermogensbeheer.
Een of meer sensorvelden zijn bedekt. Maak de sensorvelden vrij.
U hebt een of meer sensorvelden afgedekt gedurende meer
dan 10 seconden. Maak de sensorvelden vrij.
U hebt
bedekt. Maak het sensorveld vrij.
De kookzone is niet heet omdat deze slechts kort was ingescha-
keld. Als de kookzone heet moet zijn, neem dan contact op
met de Klantenservice.
Het hete kookgerei heeft het display bedekt. Verwijder voorwer-
pen en laat het apparaat afkoelen. Neem contact op met de
klantenservice wanneer het contrast niet herstelt
• De automatische uitschakeling is in werking getreden. Scha-
kel het apparaat uit en weer in.
• Ongeschikt kookgerei. Gebruik geschikt kookgerei.
• Geen pan op de kookzone. Zet kookgerei op de kookzone.
• De diameter van de bodem van het kookgerei is te klein voor
de kookzone. Verplaats kookgerei naar een kleinere kookzone.