HET KINDERZITJE DRAAIEN
WAARSCHUWING
• Wanneer het zitje 90 graden is gedraaid, kan de gebruiker het kind makkelijk in deze positie
aanbrengen, hij/zij kan tijdens het rijden echter niet in deze positie blijven.
TIP
• De steunstang moet open zijn voordat het zitje wordt gedraaid. Wanneer de steunstang
onder de basis is gevouwen, kan het zitje niet draaien.
1 Trek de steunstang (20) weg van de basis aan de onderkant van het kinderzitje totdat u
een klikgeluid hoort en de steunstang (20) is volledig uitgeschoven.
2 Trek de 360° rotatieregelaar (11) met uw duim uit. Draai de zitkuip tegelijkertijd 90° in de
richting van het portier. U kunt uw kind nu makkelijk in de stoel zetten of eruit halen.
3 Draai de zitkuip 90° zodat deze naar voren of naar achteren wijst, afhankelijk van de
lengte van uw kind, totdat deze met een klikgeluid vastklikt.
[Fig. 1a-1c]
DE HOEK VAN HET KINDERZITJE AANPASSEN
1 Trek aan de kantelhendel (18) en trek de stoel naar buiten. De stoel kan vervolgens
aangepast worden. Het zitje kan in 4 standen worden ingesteld voor voorwaarts gericht
gebruik.
Vereiste lente om de verschillende kantelniveaus te gebruiken.
2 40-105 cm: achterwaarts gerichte installatie, gebruik het vijfde niveau.
3 76-105cm: naar voren gerichte installatie, gebruik het eerste niveau tot het vierde niveau.
4 100-150 cm: naar voren gerichte installatie, gebruik het eerste niveau.
5 76-105 cm, de ECRS past mogelijk niet in alle voertuigen afhankelijk van het model, de
kantelhoeken kunnen bij het aanpassen niet overeenstemmen met de autostoel.
[Fig. 2a-2f]
EEN KIND IN HET KINDERZITJE PLAATSEN
WAARSCHUWING
• Als uw kind de ISOFIX-knoppen (26) of de knop van de harnassluiting (7) probeert te
openen, stop de auto onmiddellijk. Controleer of het kinderzitje goed is vastgemaakt en zorg
ervoor dat uw kind stevig is vastgezet. Leg uw kind uit wat de gevaren zijn van hun acties.
TIP
• Als u het kinderzitje gebruikt wanneer ingesteld op (40-105 cm), gebruik de
hoofdsteunniveaus 1-6.
• Als u het kinderzitje gebruikt wanneer ingesteld op (100-150 cm), gebruik de
hoofdsteunniveaus 5-11.
• Wanneer de 5-puntsgordel is opgeborgen, gebruik de hoofdsteunniveaus 5-11.
1 Druk op de verstelknop (9) en maak de schouderbanden (6) van het kinderzitje zo veel
mogelijk los.
2 Om de harnassluiting (7) te openen, druk op de rode ontgrendelingsknop (16) op de
harnassluiting en plaats het kind vervolgens in het kinderzitje.
NL
25