–
Regio met vorst aan de grond: minimumdiepte:
900 mm
–
Regio zonder vorst aan de grond: minimumdiepte:
600 mm
4.
Dimensioneer de hoogte (B) volgens de plaatselijke
omstandigheden.
5.
Maak twee strookfunderingen (4) van beton. De aan-
bevolen afmetingen vindt u in de afbeelding terug.
6.
Breng tussen en naast de strookfundering een grind-
bed (2) aan.
4.9
Werkveiligheid garanderen
Geldigheid: Wandmontage
▶
Zorg voor een veilige toegang tot de montagepositie aan
de wand.
▶
Monteer, wanneer de werkzaamheden aan het product
op een hoogte van meer dan 3 m plaatsvinden, een tech-
nische valbeveiliging.
▶
Houd de plaatselijke wetgeving en voorschriften aan.
Geldigheid: Platdakmontage
▶
Zorg voor een veilige toegang tot het platte dak.
▶
Neem een veiligheidsbereik van 2 m tot de valrand in
acht, plus een vereiste afstand voor het werken aan het
product. Het veiligheidsbereik mag niet worden betreden.
▶
Monteer als alternatief aan de valrand een technische
valbeveiliging, bijvoorbeeld een belastbaar platform.
▶
Stel als alternatief een technische opvanginrichting op,
bijvoorbeeld een stelling of een vangnet.
▶
Houd voldoende afstand van een dakuitstapluik en tot
platte dakvensters.
▶
Beveilig een dakuitstapluik en platdakvenster tijdens de
werkzaamheden tegen het betreden en erin vallen, bij-
voorbeeld door een afsperring.
4.10
Product opstellen
Gevaar!
Verwondingsgevaar door bevriezende
condens!
Bevroren condens op paden kan tot een val
leiden.
▶
Zorg ervoor dat afgelopen condens niet
op paden terechtkomt en daar ijs kan vor-
men.
Ø 1
1
0020311868_04 Installatie- en onderhoudshandleiding
Voorwaarde: Sneeuwrijke regio
▶
Voer eventueel een extra weerbescherming uit. Let daar-
bij op mogelijke invloeden op de geluidsemissie.
Geldigheid: Vloeropstelling
▶
Gebruik, afhankelijk van het gewenste montagetype,
de passende producten.
–
Dempingsvoeten
–
Verhogingssokkel en dempingsvoeten
▶
Lijn het product horizontaal uit.
Voorwaarde: Regio zonder grondvorst
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter uit de bijver-
pakking in de bodemplaat.
▶
Sluit de drie overige openingen in de bodemplaat met
de passende stoppen uit de bijverpakking.
▶
Monteer een bochtstuk en een condensafvoerslang.
Voorwaarde: Regio met grondvorst
▶
Monteer geen condensafvoertrechter en geen stop in
de bodem van de mantel..
▶
Bescherm de luchtinlaat en de luchtuitlaat van het pro-
duct eventueel tegen slagregen of directe sneeuwval.
Let daarbij op mogelijke invloeden op de geluidsemis-
sie.
Geldigheid: Wandmontage
▶
Controleer de opbouw en het draagvermogen van de
muur. Neem het gewicht van het product in acht.
▶
Gebruik de bij de wandopbouw passende ophangbeu-
gel uit het toebehoren.
▶
Gebruik de dempingsvoeten.
▶
Lijn het product horizontaal uit.
▶
Leg onder het product een grindbed aan waarin de
condens kan weglopen.
Voorwaarde: Regio zonder grondvorst
▶
Monteer de condenswaterafvoertrechter uit de bijver-
pakking in de bodemplaat.
▶
Sluit de drie overige openingen in de bodemplaat met
de passende stoppen uit de bijverpakking.
Voorwaarde: Regio met grondvorst
▶
Monteer geen condensafvoertrechter en geen stop in
de bodem van de mantel..
▶
Bescherm de luchtuitlaat van het product eventueel
tegen slagregen of directe sneeuwval. Let daarbij op
mogelijke invloeden op de geluidsemissie.
Geldigheid: Platdakmontage
Waarschuwing!
Gevaar voor lichamelijk letsel door kan-
telen bij wind!
Bij windbelasting kan het product kantelen.
▶
Gebruik twee betonnen sokkels en een
slipvaste mat.
▶
Schroef het product aan de betonnen
sokkel vast.
▶
Gebruik de dempingsvoeten.
179