Verhinder dat de koelfunctie van het apparaat door
bedekking van de koelgleuven beperkt wordt. Gebruik het
apparaat niet in de buurt van warmtebronnen of op een
brandbare ondergrond.
Open nooit het laadapparaat. Consulteer in geval van
storing een vakkundige werkplaats.
AKKU
WAARSCHUWING
Brandgevaar! Explosiegevaar!
Gebruik nooit beschadigde, defecte of gedeformeerde
accu's. Een accu nooit openen, beschadigen en/of laten
vallen.
Accu's nooit in de omgeving van zuren en licht ontvlamba-
re materialen laden.
Accu tegen hitte en vuur beschermen.
Accu enkel in een omgevingstemperatuur tussen 10°C en
+40°C gebruiken.
Nooit op verwarmingselementen plaatsen of langere tijd
aan sterke zonnestraling blootstellen.
Na een zware belasting de accu eerst laten afkoelen.
Kortsluiting – Contacten van de accu niet met metalen
onderdelen overbruggen (met elkaar verbinden).
Voor het verwijderen, het vervoeren of bij opslag moet de
accu verpakt worden (plastic zak, doos) of de contacten
moeten afgeplakt worden.
Laad accu's alleen op in oplaadapparaten die door de
fabrikant worden geadviseerd. Voor een oplaadapparaat
dat voor een bepaald type accu geschikt is, bestaat
brandgevaar wanneer het met andere accu's wordt
gebruikt.
Gebruik alleen de daarvoor bedoelde accu's in de
elektrische gereedschappen. Het gebruik van andere
accu's kan tot verwondingen en brandgevaar leiden.
Voorkom aanraking van de niet-gebruikte accu met
paperclips, munten, sleutels, spijkers, schroeven en
andere kleine metalen voorwerpen die overbrugging van
de contacten kunnen veroorzaken. Kortsluiting tussen
SCHOONMAKEN / ONDERHOUD
GEVAAR
Verwijder de accu voordat u de instellingen van
het apparaat aanpast, het apparaat schoonmaakt
of onderhoud pleegt. Wacht, tot alle draaiende onderdelen
tot stilstand zijn gekomen en het apparaat afgekoeld is.
VOORZICHTIG
Wanneer de batterij niet wordt gebruikt, moet deze
worden opgeladen tot ongeveer 50% en worden bewaard
bij kamertemperatuur (5°C tot 20°C). Bij langdurige opslag
moet de batterij eenmaal per jaar worden opgeladen om
volledige ontlading te voorkomen.
De oppervlakte van de accu dient schoon en droog te zijn
voordat u deze gaat opladen.
De laadapparaten zijn uitsluitend geschikt voor het laden
van de navolgende wisselaccu's:
Typ LI 22 / LBC202Z-2
Het laden van andere accu's is niet toegestaan.
de accucontacten kan brandwonden of brand tot gevolg
hebben.
Bij verkeerd gebruik kan vloeistof uit de accu lekken.
Voorkom contact daarmee. Spoel bij onvoorzien contact
met water af. Wanneer de vloeistof in de ogen komt,
dient u bovendien een arts te raadplegen. Gelekte
accuvloeistof kan tot huidirritaties en verbrandingen
leiden.
Bij onjuist gebruik of bij het gebruik van beschadigde
accu's kunnen dampen ontstaan. Voer verse lucht toe
en bezoek bij klachten een arts. De dampen kunnen de
ademhalingswegen irriteren.
Transport van lithium-ionen-accu's
Lithium-ionen-accu's vallen onder de wettelijke
bepalingen inzake het transport van gevaarlijke
goederen. Voor het transport van deze accu's moeten
de lokale, nationale en internationale voorschriften en
bepalingen in acht worden genomen.
Verbruikers mogen deze accu's zonder meer over de weg
transporteren.
Het commerciële transport van lithium-ionen-accu's door
expeditiebedrijven is onderhevig aan de bepalingen
inzake het transport van gevaarlijke goederen. De
verzendingsvoorbereidingen en het transport mogen
uitsluitend worden uitgevoerd door dienovereenkomstig
opgeleide personen. Het complete proces moet
vakkundig worden begeleid.
Onderstaande punten moeten bij het transport van
accu's in acht worden genomen:: Waarborg ter vermijding
van kortsluitingen dat de contacten beschermd en
geïsoleerd zijn. Let op dat het accupack in de verpakking
niet kan verschuiven. Beschadigde of lekkende accu's
mogen niet worden getransporteerd. Neem voor meer
informatie contact op met uw expeditiebedrijf.
De machine, in het bijzonder de luchtsleuven, altijd goed
schoon houden. Nooit water op het apparaatlichaam
spuiten!De machine, in het bijzonder de luchtsleuven,
altijd goed schoon houden. Nooit water op het
apparaatlichaam spuiten!De machine, in het bijzonder
de luchtsleuven, altijd goed schoon houden. Nooit water
op het apparaatlichaam spuiten! Reinig de machine en
zijn onderdelen niet met oplosmiddelen, ontvlambare of
giftige vloeistoffen. Gebruik uitsluitend een vochtige
NL
NEDERLANDS
67