OP! Wanneer het kind begint met zelfstandig zitten, moet het extra tuigje worden vastgemaakt aan de bevestigingspunten
zoals getoond op FIG. K.
WAARSCHUWING! DE GONDEL MAG ALLEEN TEGEN
RIJRICHTING WORDEN GEMONTEERD (het kind voorwaarts
voor de begeleider).
IV MONTAGE/DEMONTAGE VAN DE VEILIGHEIDSBEUGEL, HET AFDAKJE, DE BEENZAK EN DE BEKERHOUDER
De veiligheidsbeugel (6) kan zowel worden gebruikt in de zit- als de ligstand van de wagen. Schuif de uiteinden van de
veiligheidsbeugel in de daarvoor bestemde openingen totdat je een blokkeergeluid hoort aan beide kanten (FIG. L). De
veiligheidsbeugel kan gedeeltelijk of volledig van het frame worden losgemaakt door de knop aan de zijkant(en) in te
drukken.
LET OP! INSTALLEER HET DAKJE VOORDAT U DE KINDERWAGEN
GEBRUIKT
Begin de montage van het afdakje (9) door de plastic bevestigingen in de geleiders op het frame te schuiven (FIG. M).
Juiste bevestiging wordt aangegeven door een zacht klikgeluid. Zet het afdakje tot slot met klittenband vast aan het zitje
of de wieg. Druk op de knoppen (FIG. N) en schuif de bevestigingen van de geleiders om het afdakje te verwijderen.
Begin de montage van de beenzak (10) met het vastschuiven van de zak. Zet de bovenkant van de zak vast met de
zuignappen aan beide kanten. (FIG. II) Schuif de zak over beide kanten van de veiligheidsbeugel en haal de knopen door
de lussen aan beide kanten (FIG. III). De bekerhouder (14) moet aan de rechterkant van de wagen op de pin worden
gemonteerd (FIG. P).
V DE WIEG VERANDREN IN EEN ZITJE
Verbind om de wieg in een zitje te veranderen eerst de uiteinden van de riemen achter de rugsteun, onder het zitje en
onder de voetsteun met elkaar (FIG. Q) Na correct vastmaken moet het zitje eruit zien zoals getoond op FIG. R. Het zitje
kan naar voren of naar achteren gericht worden gemonteerd (het afstellen van de zithoek is beschreven in hoofdstuk X).
Als je de wandelwagen wilt gebruiken met matras, haal de schouder-, heup- en kruisriemen dan door de openingen in het
matras.
VI MONTAGE VAN DE TAS, KLAMBOE EN REGENBESCHERMING
De wagen komt inclusief tas (12), textielhangers (13), regenbescherming (16) en klamboe (17). Hang de tas aan het handvat
van de ouder en zet hem vast met sluitingen. (FIG. S).
Zet de klamboe/regenbescherming op de wagen en zet deze rond het frame vast met klittenband (FIG. T).
VII MONTAGE/DEMONTAGE VAN HET AUTOSTOELTJE
Schuif de adapters in de frame-openingen tot je een blokkeergeluid hoort (FIG. U). De adapters moeten iets in de richting
van de ouder gekanteld staan. Schuif het zitje op de adapters en zorg dat deze goed vergrendeld is. De wagen met zitje is
getoond op (FIG V.) Druk op de blokkadeknoppen van de adapters om ze los te maken van het frame (FIG.W)
WAARSCHUWING! Het kinderzitje moet op het frame altijd
naar achteren gericht worden geplaatst (het kind voorwaarts
tegenover de bestuurder die de kinderwagen duwt).=
VIII DE REM GEBRUIKEN
De wagen beschikt over een voetrem op de achteras. Druk het rempedaal omlaag om de rem te activeren. Je kunt de rem
opheffen door het pedaal weer omhoog te zetten (FIG.X).
IX DEMONTAGE VAN DE WAGEN
Om het zitje/de wieg van het frame te halen druk je de knoppen aan beide kanten in terwijl je je vingers onder de knoppen
houdt zoals getoond op (FIG. Y) en til je de wieg/het zitje omhoog. Draai na het verwijderen van de wieg/het zitje de
bekerhouder opzij, druk op de knop en trek tegelijkertijd de hendels aan beide kanten van het frame, en druk tot slot de
duwbeugel omlaag (FIG.Z). Een correct ingeklapt frame moet aan de zijkant geblokkeerd zijn (FIG. AA) Indien nodig kunnen
de voorwielen (FIG. BB) en achterwielen (FIG. CC) van het frame worden gehaald door de knoppen in te drukken. De
wagen kan worden geminimaliseerd na het inklappen. Druk hiervoor op de knoppen aan beide kanten van het frame,
zoals getoond is op figuur DD.
X DE WAGEN AFSTELLEN
De voorwielen kunnen worden geblokkeerd voor rechtdoor rijden. Dit kan worden bewerkstelligd door de blokkades
omlaag te schuiven (FIG. EE). Schuif de blokkade omhoog om deze op te heffen.
Het afdakje kan worden vergroot door de rits aan de binnenkant van de voering los te maken (FIG. FF).
46