Publicité
11.
NL:
OPGELET ook hier NOOIT aan de nokbalk of de buitenste golven vernagelen.
Nagel elke bult aan de zijwand.
Nagel vervolgens elke 2 golven op de tussenbalken.
FR: ATTENTION, ne clouez PAS les ondes au extrémités du toit NI à la panne faîtière.
Clouez chaque éminence à la paroi latérale.
Clouez aux pannes intermédiaires toutes les 2 ondes.
12.
NL:
Herhaal stappen 9 tot 11 aan de andere zijde van het dak.
FR: Répétez les étapes 9 jusqu'à 11 de l'autre côté du toit.
13.
125mm
NL:
Plaats de nokken. Laat ze minimum 125mm overlappen. Hou ook hier rekening met de overheersende windrichting. Om een mooie aansluiting
te bekomen kan u het uiteinde dat onder de volgende nok zit schuin afsnijden (zie tekening). Vernagel de nokken door elke golf van de onderliggende
platen aan de nokbalken.
FR: Posez les tuiles faîtières, faites chevaucher de 125mm minimum. Tenez compte ici aussi de quelle direction viennent les vents dominants.
Afin de garantir une bonne jonction, coupez en oblique (voir dessin). Clouez les tuiles faîtières à chaque onde des panneaux ondulés, aux pannes
faîtière.
14.
125mm
NL:
Vernagel de stormsierlatten OSL boven op de FSL.
Zie detail. Breng als afwerking het schildje aan waar de sierlatten
samen komen.
FR: Clouez les lattes de finitions du toit OSL sur les lattes
FSL. Voir détail. Placez les écussons afin de cacher la join-
ture des lattes FSL.
7
Publicité
