Wandmontage
WAARSCHUWING
De muur die voor de montage wordt gebruikt, moet uit onbrandbaar materiaal
bestaan en bestand zijn tegen een minimumtemperatuur van 125 °C.
LET OP
Gebruik bevestigingsmaterialen die geschikt zijn voor de ondergrond. Blokkeer
nooit de ruimte tussen het apparaat en de muur.
1.
Plaats het apparaat tegen een niet-
ontvlambare en stevige muur.
2.
Plaats het apparaat op een minimale afstand
(Afbeelding 6) van:
•
50 cm van het plafond;
•
20 cm van de zijwanden;
•
10 cm tot de vloer;
•
50 cm vrije ruimte aan de voorkant.
3.
Monteer het apparaat niet:
•
direct onder een stopcontact;
•
op een plafond of dak.
4.
Plaats de muurbeugel tegen de muur en
teken de vijf gaten af (Afbeelding 7).
5.
Boor vijf gaten op de afgetekende plaatsen.
6.
Plaats de pluggen (Afbeelding 7, pos. 3).
7.
Schroef de muurbeugel (Afbeelding 7, pos. 1)
met vijf grote schroeven (Afbeelding 7,
pos. 2) aan de muur vast met een
kruiskopschroevendraaier (Afbeelding 7,
pos. 4).
8
Afbeelding 6
Afbeelding 7