•
Alvorens het nieuwe zaaglint te monteren
moet u de geleiderollen (20) en de twee
zaaglintrollen (18) reinigen. Let er met name
op dat het rubber loopvlak (19) vrij is van
spanen.
•
Voorzichtig! Een beschadigd rubber loopvlak
(19) moet onmiddellijk worden vervangen.
•
Het spanmechanisme voor het zaaglint moet
open zijn voordat het zaaglint kan worden ge-
monteerd. Open het spanmechanisme door
de spanhendel (16) rechtsom te draaien (zie
afb. 6).
•
Om het zaaglint te monteren, begint u bij het
onderste deel van de geleiderollen (20) en
gaat u verder rond de zaaglintrollen (18) tot
u het bovenste deel van de zaaglintbescher-
ming (17) bereikt.
•
Voorzichtig! Let op de looprichting, d.w.z.
de snijkant van de tanden moet in de loop-
richting wijzen, dus in de richting van de
werkstukgeleider (13). (zie de pijl op de twee
zaaglintrollen (18).
•
Zorg ervoor dat het nieuwe zaaglint (15) vrij in
de geleiderollen (20) en in de bovenste zaag-
lintbescherming (17) loopt.
•
Span het nieuwe zaaglint (15) weer door de
spanhendel (16) linksom te draaien.
•
Aanwijzing! Het zaaglint moet eerst inlopen.
Schakel de machine slechts kort in en contro-
leer hoe het zaaglint loopt. Controleer of het
lint goed loopt voordat u begint met zagen.
•
Zet de linker (36) en rechter zaaglintafdek-
king (38) weer erop. Zorg ervoor dat beide
vergrendelingshaken (37, 39) goed vergren-
delen. Fixeer de twee afdekkingen (36, 38)
door de binnenzeskantschroeven (40) vast te
draaien.
Aanwijzing! De breedte van het nieuwe zaaglint
moet minstens zo groot zijn als vermeld in 4.
Technische gegevens. De tanden van het zaaglint
(15) moeten vóór de geleiderollen (20) uitsteken
(zie afb. 7d). Als het nieuwe zaaglint (15) te smal
is, zullen de tanden beschadigd raken en zal het
zaaglint bot worden.
Demontage:
•
Draai de twee binnenzeskantschroeven (40)
los en verwijder de twee zaaglintafdekingen
(36, 38).
•
Ontspan het zaaglint (15) door de spanhen-
del (16) rechtsom te draaien.
•
Voorzichtig! Tijdens de demontage kan de
spanning plotseling wegvallen en dan springt
het zaaglint (15) van de zaaglintrollen (18) af!
Anl_TE-MB_18_127_U_Li_SPK13.indb 109
Anl_TE-MB_18_127_U_Li_SPK13.indb 109
NL
•
Om het zaaglint eruit te halen begint u bij het
bovenste deel van de zaaglintbescherming
(17) en gaat u verder rond de zaaglintrollen
(18) tot u de geleiderollen (20) bereikt.
•
Fixeer de twee zaaglintafdekkingen (36, 38)
weer met de binnenzeskantschroeven (40).
5.6 Lintzaag met onderstel (afbeelding 1a, 8)
5.6.1 Montage / Demontage van de lintzaag
op het onderstel (afbeelding 9)
•
Ontgrendel de arrêteerknop (26) (zie 5.6.2)
en draai de draagarm (25) naar beneden.
•
Plaats de lintzaag op het onderstel (24), zo-
dat de werkstukaanslag (13) op het onderstel
rust en de gaten in de draagarm (25) boven
de schroefdraadboringen in de lintzaag lig-
gen.
•
Fixeer de lintzaag met de 3 binnenzes-
kantschroeven (35) aan de draagarm (25).
Gebruik daarvoor de binnenzeskantsleutel
(23).
•
Aanwijzing! Draagarm (25) en lintzaag moe-
ten vormgesloten in elkaar grijpen.
5.6.2 Grendelknop instellen (afbeelding 10)
•
In de toestand bij levering is de lintzaag in
transportpositie en vergrendeld in de onders-
te positie.
•
Om de arrêteerknop (26) te ontgrendelen
gaat u als volgt te werk:
1. Grendelknop (26) naar buiten trekken en
vasthouden.
2. Grendelknop tegen de klok in tot aan de
aanslag draaien.
3. Grendelknop loslaten.
•
Om sneden te kunnen uitvoeren moet de ar-
rêteerknop (26) zijn ontgrendeld.
•
Naast de transportpositie kunt u de lintzaag
eveneens vergrendelen in de bovenste posi-
tie. Deze instelling dient bijv. voor reinigings-
werkzaamheden of voor het spannen van het
werkstuk.
5.6.3 Hoek aan het onderstel instellen
(afbeelding 11)
•
Met het onderstel (24) kunnen haakse
sneden van 0 – 45° worden uitgevoerd.
•
Zet de vastzethendel (31) tegen de klok in
los.
•
Aanwijzing! U kunt de positie bijstellen en zo
de voorspankracht van de vastzethendel (31)
afstellen. Ga daarvoor als volgt te werk:
- Vastzethendel (31) naar boven trekken en
vasthouden.
- 109 -
01.02.2024 09:44:31
01.02.2024 09:44:31