BEDIENING
Aanschakelen van een kookveld
Als de kookplaat aangeschakeld is (als er ten minste één kookveld aangeschakeld is), kan u
een volgend kookveld aanschakelen door op de gepaste sensor (+) of (-) te drukken.
U kunt nu het gewenste verwarmingsvermogen instellen met behulp van de sensor (+) en de
sensor (-) (zie Instelling van het verwarmingsvermogen).
Als er gedurende 10 seconden na het aanschakelen van de plaat geen enkele sensor
bijgestuurd wordt, dan schakelt het kookveld zichzelf uit.
Het kookveld is actief, als het cijfer op de indicator knippert. Dit betekent, dat het ver-
warmingsvermogen van het kookveld ingesteld kan worden.
Instelling van het verwarmingsvermogen
Als de display „0" aangeeft, kan het verwarming-
svermogen ingesteld worden met behulp van de
sensor (+) of de sensor (-).
Als u niet wil, dat het systeem voor automatische
vermindering van het verwarmingsvermogen
in werking treedt, begint u de keuze van het
verwarmingsvermogen met de sensor (-) (het
verwarmingsvermogen „4" wordt aangegeven,
het decimaalpunt brandt niet).
Daarna kan u geleidelijk aan het verwarming-
svermogen verminderen met de sensor (-), of
het verwarmingsvermogen verhogen met de
sensor (+).
Als u wil koken met gebruik van het systeem
voor automatische vermindering van het verwar-
mingsvermogen, dan begint u de keuze van het
verwarmingsvermogen met de sensor (+). (zie
Systeem voor automatische vermindering
van het verwarmingsvermogen).
51