Bij ingeschakeld Beep-functie wordt in het display ook het symbool
aangegeven.
Het instellen:
• Druk zo vaak op de toets 'SEL', dat in het display 'Select' aangegeven wordt.
• Selecteer met de toetsen UP
en DOWN
wordt tegen een donker balkje getoond.
• Druk op de toets 'Set' waarmee u uw keuze bevestigt.
• Met de toetsen UP
en DOWN
ling treedt onmiddellijk in werking.
• Druk zo vaak op de toets 'Return'
gave terugschakelt. Als u niet op de toets 'Return'
display na ong. 5 sec. naar de normale weergave terug.
7.3 Flitsbelichtingstrapje (FB)
TTL
In de flitsfuncties
en automatisch
Bracketing FB) worden uitgevoerd. Een flitsbelichtingstrapje bestaat uit drie
opeenvolgende flitsopnamen met elk een andere correctiewaarde.
Bij het instellen van een flitsbelichtingstrapje worden in het display FB en de cor-
rectiewaarde aangegeven. De correctiewaarden reiken van 1/3 tot 3 in derden
van een diafragmawaarde.
Het instellen:
• Druk zo vaak op de toets 'SEL', dat in het display "Select' wordt aangegeven.
• Kies met behulp van de toetsen UP
teerde item wordt tegen een donker balkje aangegeven.
• Druk op de toets 'Set' waarmee u uw keuze bevestigt.
• Met de toetsen UP
en DOWN
ling treedt onmiddellijk in werking.
• Druk zo vaak op de toets 'Return'
gave terugschakelt. Als u niet op de toets 'Return'
het item 'BEEP'. Het gekozen item
de gewenste instelling uitvoeren. De instel-
, dat het display naar de normale weer-
drukt, schakelt het
A
kan een flitsbelichtingstrapje (Flash-
en DOWN
het item 'FB'. Het geselec-
de gewenste instelling uitvoeren. De instel-
, dat het display naar de normale weer-
drukt, schakelt het
display na ong. 5 sec. naar de normale weergave terug.
Als 'FB 0' aangegeven wordt is het flitsbelichtingstrapje gedeactiveerd.
• De eerste opname wordt zonder correctie uitgevoerd. In het display verschijnt
bovendien 'FB 1'.
• De tweede opname volgt met een minus-correctie . In het display wordt bovendien
'FB 2' aangegeven en daarbij tevens de minus-correctiewaarde (EV).
• De derde opname wordt met een plus-correctie uitgevoerd. In het display
wordt bovendien 'FB 3' aangegeven en daarbij tevens de plus-correctiewaar-
de (EV).
• Na de derde opname wordt de functie flitsbelichtingstrapje automatisch gede-
activeerd. De aanduiding 'FB' in het display dooft.
Bij het instellen van het flitsbelichtingstrapje wordt de correctiewaarde
altijd positief aangegeven!
Flitsbelichtingstrapje in de TTL-/P-TTL-flitsfunctie
Een flitsbelichtingstrapje in de TTL-flitsfunctie kan alleen worden uitgevoerd als
de camera het met de hand instellen van een correctie op de flitsbelichting op de
flitser ondersteunt. (zie de gebruiksaanwijzing van uw camera)! Als dat niet het
geval is, worden de drie opnamen zonder correctiewaarde uitgevoerd!
Flitsbelichtingstrapje in de automatisch-flitsenfunctie A
Voor het maken van een flitsbelichtingstrapje in de automatisch-flitsenfunctie A is
het type camera van geen betekenis.
7.4 Extended-zoomfunctie (Zoom Ext)
Bij de extended zoomfunctie wordt de zoomstand van de hoofdreflector ten
opzichte van de brandpuntsafstand van het objectief gereduceerd. De daaruit
voortvloeiende bredere lichtbundel zorgt in ruimten voor extra strooilicht (reflec-
ties) en daardoor voor een zachtere flitsverlichting.
Voorbeeld:
De brandpuntsafstand van het objectief bedraagt 50 mm. De flitser stuurt, bij
73