9 Ontdooien
Ontdooie n
Ontdooie n
9.1 Ontdooien in het koelvak.
Tijdens het gebruik vormen zich op
de achterwand van het koelvak af-
hankelijk van de werking waterdrup-
pels of rijp. De achterwand van het
koelvak ontdooit automatisch.
Het dooiwater loopt via de dooiwater-
goot in het afvoergat naar de ver-
dampingsschaal en hoeft niet worden
afgeveegd.
Neem de volgende informatie in acht
om ervoor te zorgen dat dooiwater
kan weglopen en geurvorming wordt
vermeden:
→ "De dooiwatergoot en het afvoer-
gat reinigen.", Pagina 72.
10 Reiniging en onder-
Re iniging e n onde rhoud
houd
Reinig en onderhoud uw apparaat
Re iniging e n onde rhoud
zorgvuldig om er voor te zorgen dat
het lang goed blijft werken.
De reiniging van ontoegankelijke
plaatsen moet door de servicedienst
worden uitgevoerd. Aan de reiniging
door de servicedienst kunnen kosten
verbonden zijn.
10.1 Verzorgingsinstructies
voor roestvrijstalen op-
pervlakken
Gebruik voor de verzorging en reini-
ging van roestvrijstalen oppervlakken
uitsluitend schoonmaakmiddelen en
schoonmaakdoekjes die voor roest-
vrijstaal geschikt zijn.
Tips
Veeg om zichtbare krassen te ver-
¡
mijden, in de richting van de struc-
tuur van het roestvaststalen opper-
vlak.
Geschikte schoonmaakmiddelen
¡
en schoonmaakdoekjes kunt u ver-
krijgen bij onze klantenservice, uw
dealer of op onze website.
10.2 Apparaat voorbereiden
voor reiniging
Het apparaat uitschakelen.
1.
→ Pagina 69
Haal de stekker van het apparaat
2.
uit het stopcontact.
De stekker van het netsnoer uit het
stopcontact trekken of de zekering
in de meterkast uitschakelen.
Alle levensmiddelen eruit halen en
3.
op een koele plaats bewaren.
Indien beschikbaar koelelementen
op de levensmiddelen leggen.
Neem alle uitrustingsdelen uit het
4.
apparaat. → Pagina 72
10.3 Apparaat schoonmaken
WAARSCHUWING
Kans op elektrische schok!
Binnendringend vocht kan een schok
veroorzaken.
▶
Geen stoomreiniger of hogedruk-
reiniger gebruiken om het appa-
raat te reinigen.
Ontdooien nl
71