11.1 Wat moet u doen als...
Probleem
Het apparaat werkt
niet.
Het apparaat werkt
niet.
Het apparaat werkt
niet.
Het apparaat werkt
niet.
Het lampje brandt
niet.
Op het display ver‐
schijnt
.
Er ontstaan vonken
in de ovenruimte.
Er ontstaan vonken
in de ovenruimte.
Het draaiplateau
maakt een krassend
of schurend geluid.
Het apparaat stopt
met werken zonder
duidelijke reden.
11.2 Onderhoudsgegevens
Als u niet zelf het probleem kunt
verhelpen, neem dan contact op met uw
verkoper of de serviceafdeling.
De contactgegevens van het
servicecentrum staan op het typeplaatje.
Wij adviseren u om de gegevens hier te noteren:
Model (MOD.)
Productnummer (PNC)
Serienummer (S.N.)
Mogelijke oorzaak
Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in.
De stekker zit niet in het stop‐
contact.
De zekering in de zekering‐
kast is doorgebrand.
De deur is niet goed gesloten. Zorg ervoor dat de deur niet
Het lampje is stuk.
Het kinderslot is actief.
Er zitten metalen schalen of
servies met een metalen
randje in het apparaat.
Er zit metalen bestek of alumi‐
niumfolie dat de binnenwan‐
den raakt in het apparaat.
Er zit vuil of iets anders onder
het glazen draaiplateau.
Er is een storing.
Oplossing
Sluit het apparaat aan op het
stroomnet.
Controleer de zekering. Als de
zekering meer dan een keer
doorslaat, raadpleegt u een
bevoegde elektricien.
wordt geblokkeerd.
De lamp moet worden vervan‐
gen.
Deactiveer het kinderslot.
Houd
drukt.
Haal het servies uit het appa‐
raat.
Zorg ervoor dat het bestek en
de folie de binnenwanden niet
raakt.
Controleer het gedeelte onder
het glazen draaiplateau.
Bel de klantenservice als deze
situatie blijft bestaan.
Het typeplaatje bevindt zich op het
apparaat. Verwijder het typeplaatje niet
van het apparaat.
........................................
........................................
........................................
NEDERLANDS
3 seconden inge‐
17