Regeneratieverwarming
Dat een PTC-regeneratieverwarming wordt gebruikt,
heeft de volgende voordelen:
- Het opgenomen vermogen hangt gewoon van de
luchtvolumestroom af .
- Oververhitting is niet mogelijk . Bij een onderbreking
van de luchtstroom loopt de verwarmingsstroom
terug tot nul .
Dit activeert de PTC-Thermistor, een temperatuurafhanke-
lijke halfgeleiderweerstand . Vanaf een bepaalde tempera-
tuur (Curie-punt) neemt zijn weerstand onder invloed van
de oplopende temperatuur sterkt toe . De PTC-Thermistor
ontleent zijn naam aan deze positieve temperatuurcoëf-
ficiënt . In de praktijk zorgt deze weerstandsfunctie ervoor
dat de Thermistor-temperatuur over een breed bereik vri-
jwel constant blijft . Zelfs bij schommelingen in de omge-
vingstemperatuur, de spanning of de luchtstroom blijft de
Thermistor-temperatuur nagenoeg stabiel .
Mocht het niet nodig zijn de volledige ontvochtiging-
scapaciteit in te zetten, dan kunt u de toevoer van de
regeneratieluchtstroom al naargelang vereist verla-
gen . De verwarming reageert onmiddellijk door meer
weerstand op te bouwen en houdt zo de oppervlakte-
temperatuur op peil .
Samengevat: bij een kleinere regeneratieluchtstroom
daalt de verwarmingscapaciteit, maar de temperatuur
van de regeneratielucht blijft wel nagenoeg constant .
04. INBEDRIJFSTELLING
Starten
1 . Controleer of de regelkleppen (indien aanwezig)
openstaan en of de luchtkanalen vrij zijn .
2 . Staan de filters correct gemonteerd?
3 . Is de voorzekering correct? Kijk na in de technische
gegevens .
4 . Om de luchtontvochtiger op te starten zet u de
schakelaar ON/OFF op „ON" . Het controlelampje in
de schakelaar geeft aan dat het systeem werkt .
5 . U kunt nu aan de hand van de meegeleverde regel-
kleppen de luchthoeveelheden instellen .
D - 5
Bedieningshandleiding – luchtontvochtiger TTR 250 HP
De luchthoeveelheden voor proces- en vochtige lucht
moeten altijd in verhouding tot elkaar staan . Zit er
teveel vochtige lucht in het systeem, dan wordt de
rotor te warm en boet de ontvochtigingscapaciteit aan
efficiëntie in .
Wanneer de regelklep voor de droge lucht wordt ges-
loten, dan moet hetzelfde worden gedaan met de klep
aan de uitgang voor vochtige lucht . Aan de uitgang
voor vochtige lucht moet de temperatuur ter indicatie
onder de 50°C blijven .
Hoe minder vochtige lucht er in het systeem zit, des te
lager de temperatuur ervan is .
Wenst u de ontvochtigingscapaciteit niet te gebrui-
ken, dan kunt u de klep voor vochtige lucht sluiten .
Opgelet! Zijn de filters vuil, dan neemt
m
de luchthoeveelheid af .
05. ONDERHOUD
TROTEC-luchtontvochtigers kunnen gedurende lan-
ge periodes met weinig onderhoud worden ingezet .
Het is belangrijk dat u volgende aspecten in het oog
houdt:
Alvorens u de luchtontvochtiger demonteert, dient u
eerst de stroomtoevoer uit het stopcontact te trekken .
Wanneer de luchtontvochtiger nog aan stond, wacht
dan ca . 15 minuten, zodat hij vóór het demonteren
kan afkoelen .
A. Filters vervangen
De filters moeten op regelmatige tijdstippen worden
gecontroleerd en indien nodig worden vervangen . Hoe
vaak u de filters vervangt, hangt af van de gebruiksin-
tensiteit . In normale omstandigheden kunt u voor de
filters van een standtijd van ca . 6 maanden uitgaan .
Vuile filters gaan te koste van de prestaties van de
ontvochtiger .
Zorg ervoor dat de filters altijd correct geïnstal-
leerd staan!
NL