3 Bedoeld gebruik
– Meting en weergave van elektrische grootheden in het bereik van meetcate-
gorie CAT III tot max. 1000 V of CAT IV tot max. 600V tegen aardpotentiaal,
conform EN 61010-1 en alle lagere categorieën.
– Meten van gelijkspanning tot max. 1000 V
– Meten van wisselspanning tot max. 750 V
– Meten van gelijkstroom en wisselstroom tot max. 10 A.
– Frequentiemeting van 10 Hz tot 10 MHz (max. 20 Vrms)
– Weergave van pulsverhouding (Duty Cycle) in %
– Meten van capaciteiten tot 60 mF
– Weerstandsmetingen tot 60 MΩ
– Continuïteitstest (<50 Ω akoestisch)
– Diodetest
De meetfuncties worden via de draaiknop geselecteerd. Het meetbereik wordt in
veel meetbereiken automatisch geselecteerd (behalve continuïteitstest, diodetest
en stroommeetbereiken).
Bij het meten van wisselspanning en -stroom worden de echte effectieve meetwaar-
den (True RMS) weergegeven tot een frequentie van 400 Hz. Dit maakt de exacte
meting van sinusoïde en niet-sinusoïde meetwaarden (spanning/stroom) mogelijk.
De polariteit wordt bij negatieve meetwaarden automatisch met het teken (-) weer-
gegeven.
Een lage impedantie (LoZ)-functie maakt spanningsmeting mogelijk met vermin-
derde interne weerstand. Dit onderdrukt fantoomspanningen die kunnen optreden
in hoogohmige metingen. Metingen met verminderde impedantie zijn toegestaan in
meetcircuits tot maximaal 1000 V en maximaal 3 sec.
Beide stroommeetingangen zijn beveiligd tegen overbelasting met keramische
hoogvermogenzekeringen. De spanning in het meetcircuit mag 1000 V niet over-
schrijden.
De multimeter wordt gevoed door drie standaard micro-batterijen (type AAA). Ge-
bruik het apparaat alleen met het aangegeven batterijtype. Accu's zijn vanwege de
lagere celspanning niet toegestaan.
138