• Rijd niet bij onweer, onder hoogspanningsleidingen of in de buurt van zendmasten.
• Rijd niet door nat gras, water, modder of sneeuw en als het regent. Het modelvoertuig is noch waterdicht
noch watervast.
Vochtigheid leidt niet alleen tot corrosie, maar zorgt er ook voor dat de elektronica daardoor wordt
beschadigd. Bij LiPo-accu's kan indringend vocht tot een brand van de accu of zelfs een explosie leiden!
• Laat de zender steeds ingeschakeld zolang het modelvoertuig in gebruik is.
• Voor het afstellen van het voertuig schakelt u altijd eerst de rijregelaar van het voertuig af uit en ontkop-
pelt u vervolgens de rijaccu volledig van de rijregelaar.
Pas nu mag de zender uitgeschakeld worden.
• Bij zwakke batterijen (of accu´s) in de afstandsbediening zal de reikwijdte verminderen. Vervang de
batterijen of accu´s door nieuwe.
• Als de rijaccu in het voertuig zwak wordt, zal het voertuig langzamer rijden of niet meer correct op de
zender reageren.
De rijaccu in het voertuig dient niet tot het voorzien van de motor van stroom via de rijregelaar, maar
de rijregelaar veroorzaakt ook de voor de werking nodige spanning/stroom voor de ontvanger en de
stuurservo.
Daartoe is in de rijregelaar een BEC (Engels „Battery Eliminator Circuit", elektronische schakeling voor
directe stroomvoorziening van de ontvanger zonder extra ontvangersaccu).
Bij te lage spanning van de rijaccu kan ook de spanning aan de ontvanger verlagen, wat ervoor zorgt dat
het voertuig niet meer op de stuurbevelen van zender regeert.
In dit geval beëindigt u het rijden onmiddellijk (rijregelaar uitschakelen, rijaccu ver van het voertuig
scheiden, zender uitschakelen). Vervang daarna de rijaccu van het voertuig of laad de rijaccu opnieuw
op.
• Zowel de motor en de aandrijving als de rijregelaar en de rij-accu van het voertuig worden warm tijdens
het gebruik. Houd voor elke vervanging van de accu een pauze van minstens 5 - 10 minuten.
• Laat de rijaccu voor een oplaadsessie volledig afkoelen.
• Raak de motor, de rijregelaar en de accu niet aan tot deze afgekoeld zijn. Verbrandingsgevaar!
• Als u het voertuig met een LiPo-rijaccu gebruikt, moet de onderspanningsherkenning worden ingescha-
keld (wij raden 3,0 V/cel of hoger aan).
Bij uitgeschakelde onderspanningsherkenning komt het tot een diepontlading van de LiPo-accu, wat
deze vernietigt. Verlies van garantie!
Bij gebruik met een NiMH-rijaccu moet de onderspanningsherkenning worden uitgeschakeld om de
capaciteit van de NiMH-accu beter te kunnen gebruiken. Stop hier het gebruik als het voertuig langzamer
wordt. Anders kan de onderspanningsherkenning op een lagere waarde als bij LiPo-accu's worden
ingesteld. Houd hiervoor rekening met hoofdstuk 10. b).
90