TOEGESTAAN GEBRUIK - De machine werd ontworpen en gebouwd voor het koud zagen van metalen
materialen; het werkstuk wordt vastgezet in een bankschroef en het zaagblad wordt door de gebruiker, die
zich gedurende het gebruik aan de voorzijde bevindt, in de zaagstand gehouden.
NIET TOEGESTAAN GEBRUIK - HET IS verboden:
• niet-metalen materialen en/of levensmiddelen te bewerken.
• materialen te bewerken die als gevolg van de bewerking schadelijke stoff en kunnen afscheiden.
De machine is niet geschikt voor gebruik in omgevingen met potentieel explosiegevaar.
RESTRISICO'S
Gevaar voor verwonding door snijden/afsnijden - Dit gevaar wordt aangegeven met het symbool:
Voorzorgsmaatregelen
• Gebruik tijdens het zagen geen werkhandschoenen.
• Houd de handen ver uit de buurt van de werkzone.
• Verwijder geen snijresten of stukjes materiaal terwijl het gereedschap draait.
Gevaar voor verwonding door wrijving of schuring - Dit risico hangt samen met de aanwezigheid
van het draaiende zaagblad.
Voorzorgsmaatregelen
• Gebruik tijdens de bewerking geen werkhandschoenen.
• Houd de handen ver uit de buurt van de werkzone.
• Verwijder geen snijresten of stukjes materiaal terwijl het zaagblad draait.
Gevaar voor wegslingeren van vaste deeltjes - Dit risico hangt samen met de aanwezigheid van het
draaiende gereedschap.
Voorzorgsmaatregelen
• Maak tijdens de bewerking altijd gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen: veiligheidsbril,
werkschoenen.
• Kom niet met uw gezicht in de buurt van de zone waar gezaagd wordt;
• laat het gezaagde werkstuk op het onderstel van de machine vallen;
• kom nooit met uw handen in de buurt van de zone waar gezaagd wordt voordat de kop in de
hoogste stand staat en het zaagblad volledig tot stilstand is gekomen;
• verminder de druk op het moment dat zaagblad en werkstuk met elkaar in contact komen, om
breuk van het zaagblad te voorkomen;
• voor zaagmachines met elektronisch systeem zal in geval van te hoge zaagdruk de
amperometrische begrenzer in werking treden;
• verminder de zaagdruk om de machine niet te beschadigen.
INFORMATIE OVER HET GELUIDSNIVEAU - De waarden die zijn aangegeven voor het geluidsniveau
betreff en emissieniveaus en dit zijn niet noodzakelijkerwijs ook niveaus waarbij veilig wordt gewerkt. Er
bestaat weliswaar een correlatie tussen emissieniveaus en blootstellingsniveaus, maar deze kan niet op
betrouwbare wijze worden gebruikt om vast te stellen of er al dan niet verdere voorzorgsmaatregelen
vereist zijn. De factoren die het werkelijke blootstellingsniveau van de gebruiker bepalen zijn onder meer
de duur van de blootstelling, de kenmerken van de omgeving, andere geluidsbronnen, bijvoorbeeld
het aantal machines en andere werkzaamheden die in de buurt plaatsvinden. Bovendien kunnen de
blootstellingsniveaus van land tot land verschillen. Deze informatie stelt de gebruiker van de machine hoe
dan ook in staat om de gevaren en risico's optimaal in te schatten.
Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen om het gehoor te beschermen, zoals oorkappen of
oordoppen.
INFORMATIE OVER ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT - De elektromagnetische
emissies van de machine blijven onder de door de normen vastgelegde limieten voor de voorziene
gebruiksomstandigheden.
Controleer of er in de voedingsinstallatie een magnetothermische bescherming aanwezig is om
alle geleiders te beschermen tegen kortsluiting en overbelasting
Trillingen - De gemiddelde gewogen kwadratische waarde in frequentie, van de versnelling hand-arm,
onder normale zaagomstandigheden met correct geslepen zaagbladen, is lager dan 2,5 m/sec
De metingen zijn uitgevoerd aan de hand van de norm UNI EN ISO 5349-1 en 5349-2.
De trillingen gedurende het daadwerkelijke gebruik van de machine kunnen afwijken van de
verklaarde waarden, dit komt omdat de totale trillingswaarde afhankelijk is van de manier waarop
de machine wordt gebruikt. De veiligheidsmaatregelen die moeten worden getroff en om de
gebruiker te beschermen moeten daarom worden bepaald op basis van een schatting van de
blootstelling in de daadwerkelijke gebruiksomstandigheden.
NL
GEBRUIK
55
2
.