GEBRUIK
Bediening
NL 6
L 1
L 2
0/1
2
Ventilator in- en uitschakelen
1. Druk op een snelheidstoets 0/1, 2, of 3.
De afzuigkap schakelt in op de corresponderende stand.
Het controlelampje (L1, L2 of L3) gaat branden.
2. Druk (twee keer) op snelheidstoets 0/1.
De afzuigkap schakelt uit.
Verlichting in- en uitschakelen
Druk op de verlichtingstoets om de verlichting in of uit te schakelen.
Boost inschakelen
1. Druk op snelheidstoets 4.
De afzuigkap schakelt gedurende 5 minuten in op stand 4.
Het controlelampje (L4) knippert snel. Na 5 minuten schakelt de
afzuigkap automatisch naar stand 3.
Timerfunctie
1. Druk op snelheidstoets 1, 2, 3 of 4.
De afzuigkap schakelt in op de corresponderende stand.
Het controlelampje gaan branden.
2. Houd snelheidstoets 1, 2, 3 of 4 twee seconden ingedrukt.
Het controlelampje gaat langzaam knipperen.
• De afzuigkap blijft nu 5 minuten ingeschakeld op de gekozen stand,
daarna wordt de afzuigkap automatisch uitgeschakeld.
• Tijdens de timerfunctie kan een andere snelheidstoets gekozen
worden; de timerfunctie blijft actief.
• Druk 2 seconden op de toets met het knipperende controlelampje
om de timerfunctie weer uit te schakelen.
L 3
L 4
3
4