68 | Nederlands
Stel het meetgereedschap niet bloot aan extreme temperaturen of temperatuur-
u
schommelingen. Laat het bijv. niet gedurende langere tijd in de auto liggen. Laat het
meetgereedschap bij grotere temperatuurschommelingen eerst op temperatuur ko-
men, voordat u het in gebruik neemt. Bij extreme temperaturen of temperatuur-
schommelingen kan de nauwkeurigheid van het meetgereedschap nadelig beïnvloed
worden.
Vermijd krachtige stoten of vallen van het meetgereedschap. Door schade aan
u
het meetgereedschap kan de nauwkeurigheid in het gedrang komen. Kalibreer het
meetgereedschap na een heftige schok of val. Vergelijk de laserlijn ter controle met
een bekende horizontale of verticale referentielijn.
In-/uitschakelen
Voor het inschakelen van het meetgereedschap drukt u kort op de aan/uit-toets (1). De
lichtring (2) knippert bij voldoende capaciteit van de batterij drie keer groen.
De laserlijn licht direct na het inschakelen van het meetgereedschap op.
Richt de laserstraal niet op personen of dieren en kijk zelf niet in de laserstraal,
u
ook niet vanaf een grote afstand.
Om het meetgereedschap uit te schakelen drukt u opnieuw kort op de aan/uit-toets (1).
Laat het ingeschakelde meetgereedschap niet onbeheerd achter en schakel het
u
meetgereedschap na gebruik uit. Andere personen kunnen door de laserstraal ver-
blind worden.
Als ca. 15 minuten lang geen toets op het meetgereedschap wordt ingedrukt en de be-
huizing niet wordt gedraaid, dan schakelt het meetgereedschap automatisch uit om de
batterijen te sparen.
Laserlijn nivelleren
Bij een verticale bevestiging van het meetgereedschap kan de laserlijn ofwel horizontaal
naar rechts (90°) of links (270°) of verticaal naar boven (0°) of beneden (180°) worden
genivelleerd. Als het meetgereedschap niet verticaal is uitgelijnd, kan de laserlijn uitslui-
tend als ongenivelleerde referentielijn worden gebruikt.
De nivelleringstoestand wordt door de lichtring (2) aangegeven:
Lichtring
Rood
Geel
(telkens maar één helft
van de lichtring)
1 609 92A 8LY | (21.03.2023)
Nivellering
De laserlijn is niet genivelleerd. Draai de behuizing van het
meetgereedschap in de gewenste richting om de laserlijn te
nivelleren.
De laserlijn bevindt zich dichtbij een horizontale of verticale
lijn. Voor de fijninstelling draait u de behuizing in de richting
van de oplichtende helft van de lichtring.
Bosch Power Tools