VOORDAT U DE STORINGSDIENST BELT
Onderstaande verschijnselen duiden niet op een defect aan het toestel.
HET TOESTEL WERKT NIET
Het toestel werkt niet wanneer het direct nadat het is
uitgeschakeld weer wordt ingeschakeld. Het toestel
werkt evenmin direct nadat de functie is gewijzigd.
Dit om interne mechanismen te beschermen. Wacht
3 minuten voordat u het toestel bedient.
HET TOESTEL BLAAST GEEN WARME LUCHT
(Modellen AY-A07BE/AY-A09BE/AY-A12BE)
Het toestel is bezig met voorverwarmen of ontdooien.
GEURTJES
Er kunnen geurtjes van tapijten en meubelen worden
opgezogen, die daarna weer worden uitgeblazen,
evenals de geur van de onderdelen van de aircon-
ditioner.
KRAKENDE GELUIDEN
Het kan voorkomen dat het toestel krakende geluiden
produceert. Dit geluid ontstaat door wrijving van het
voorpaneel of andere componenten die uitzetten door
temperatuurwijzigingen.
Als het lijkt alsof het toestel een defect vertoont, controleert u onderstaande punten
voordat u de onderhoudsdienst belt.
ALS HET TOESTEL NIET FUNCTIONEERT
Controleer of de stroomonderbreker is geactiveerd of de zekering is gesprongen.
ALS HET TOESTEL DE KAMER NIET VOLDOENDE KOELT (OF VERWARMT)
Controleer de filters. Indien
vuil, reinigen.
Controleer of ramen en
deuren goed gesloten zijn.
WANNEER HET TOESTEL GEEN SIGNALEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING ONTVANGT
Controleer of de batterijen
van de afstandsbediening
leeg zijn.
Neem contact op met de onderhoudsdienst wanneer de BEDRIJFS-lamp en de TIMER-lamp op het
indicatorpaneel knipperen.
Controleer de luchtinlaat en de
luchtuitlaat van de buiten-unit
op obstructies.
Een groot aantal mensen in de
kamer kan er de oorzaak van
zijn dat de gewenste tempe-
ratuur niet bereikt wordt.
Probeer het signaal opnieuw te
verzenden door de afstands-
bediening goed op het ont-
vangstvenster van het toestel te
richten.
N-16
SUIZENDE GELUIDEN
Het zachte, suizende geluid is het
geluid van de koelstof die door het
toestel stroomt.
WATERDAMPEN
• In de functies KOELEN en DROGEN
zijn soms wat waterdampen bij de
lucht-uitlaat zichtbaar, wat wordt
veroorzaakt door het verschil tussen
de kamertem-peratuur en de
temperatuur van de lucht die door
het toestel wordt uitgeblazen.
• In de functie VERWARMEN kunnen
tijdens het ontdooien soms wat
waterdampen worden uitgestoten.
(Alleen bij de modellen AY-A07BE/AY-
A09BE/AY-A12BE)
Controleer
thermostaat op de juiste
stand is inge-steld.
Controleer de kamer op de
aanwezigheid van toestellen
die warmte kunnen afgeven.
Controleer of de batterijen
met de polen in de juiste
rich-ting
afstandsbediening
gelegd.
of
de
in
de
zijn