Vervoer
GEVAAR
Verwondingsgevaar! Het apparaat mag
voor laden en lossen enkel gebruikt worden
op stijgingen tot een maximumwaarde (zie
"Technische gegevens"). Rijd langzaam.
VOORZICHTIG
Verwondings- en beschadigingsgevaar!
Neem bij het transport het gewicht van het
apparaat in acht.
Apparaat aan de duwbeugel verschui-
ven.
Bij het transport in voertuigen moet het
apparaat conform de geldige richtlijnen
beveiligd worden tegen verschuiven en
kantelen.
Opslag
VOORZICHTIG
Gevaar voor lichamelijk letsel en beschadi-
ging! Let op het gewicht van het apparaat
bij opslag.
Het apparaat mag alleen binnen worden
opgeborgen.
Onderhoud
GEVAAR
Verwondingsgevaar! Vóór alle werkzaam-
heden aan het apparaat de programma-
keuzeschakelaar op „OFF" zetten en de
netstekker van het oplaadapparaat uittrek-
ken.
Batterijstekker uit de machine trekken.
Vuilwater en resterend schoon water
aflaten en verwijderen.
Onderhoudsschema
Na elk bedrijf
LET OP
Beschadigingsgevaar. Spuit het apparaat
niet met water schoon en gebruik geen
agressieve reinigingsmiddelen.
Vuil water aflaten.
Vuilwaterreservoir met zuiver water uit-
spoelen.
Apparaat aan de buitenkant met een
vochtige, in mild zeepsop gedrenkte
doek reinigen.
Pluizenzeef controleren, indien nodig
reinigen.
Zuiglippen en schraaplippen reinigen,
op slijtage controleren en indien nodig
vervangen.
40
Borstel op slijtage controleren, indien
nodig vervangen (zie "Onderhouds-
werkzaamheden".
Batterij laden:
Als de ladingstoestand minder is dan
50%, de batterij volledig en zonder on-
derbrekingen opladen.
Als de ladingstoestand meer is dan
50%, de batterij alleen opladen wan-
neer u bij het volgende gebruik de vol-
ledige bedrijfsduur nodig hebt.
Wekelijks
Bij regelmatig gebruik de batterij min-
stens een keer per week volledig en
zonder onderbreking opladen.
Maandelijks
Accupolen op roest controleren, zo no-
dig afborstelen. Erop letten dat de ver-
bindingskabels goed vast zitten.
Afdichting tussen vuilwaterreservoir en
deksel reinigen en op dichtheid contro-
leren, indien nodig vervangen.
Zeef reinigen.
Bij niet-onderhoudsvrije accu's, zuur-
dichtheid van de cellen controleren.
Bij een langere stilstandtijd het appa-
raat alleen met volledig opgeladen bat-
terijen afzetten. Minstens een keer per
maand de batterij opnieuw volledig op-
laden.
Jaarlijks
Voorgeschreven inspectie door klan-
tendienst laten uitvoeren.
Onderhoudswerkzaamheden
Zeef reinigen
1
2
1 Afdekking
2 Deksel
Open de afdekking.
Deksel rechtsom draaien en verwijde-
ren.
De eronder liggende zeef eruit halen en
reinigen.
Zeef erin plaatsen.
Deksel erop zetten en vergrendelen
door deze linksom te draaien
Afdekking sluiten.
5
-
NL
Zuiglippen vervangen of draaien
1 Slijtagemarkering
2 Zuiglip
De zuiglippen moeten verwisseld of ge-
keerd worden, wanneer ze tot de slijtage-
markering versleten zijn.
Zuigbalk wegnemen.
Stergrepen er uit schroeven.
Kunststofonderdelen verwijderen.
Zuiglippen verwijderen.
Nieuwe of gekeerde zuiglippen inschui-
ven.
Kunststofonderdelen opschuiven.
Stergrepen inschroeven en vastdraai-
en.
Schijfborstel vervangen
Duw het apparaat aan de duwbeugel
naar beneden zodat de reinigingskop
opgetild wordt.
Pedaal borstelvervanging over de
weerstand naar beneden duwen.
Trek het apparaat naar achteren weg
zodat de discborstel toegankelijk wordt.
Leg een nieuwe discborstel voor het ap-
paraat op de grond.
Rijd het apparaat met een opgetilde rei-
nigingskop boven de nieuwe discbor-
stel en laat de reinigingskop zakken.
De borstel klikt vast in de aandrijving.