3. Veiligheidsinstructies
3.1. Onbevoegde personen
• Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (inclu-
sief kinderen) met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of intel-
lectuele vermogens en/of onvoldoende ervaring en/of kennis,
tenzij dit gebeurt onder toezicht van een voor hun veiligheid
verantwoordelijke persoon of de personen zijn geïnstrueerd
in het juiste gebruik van het apparaat. Kinderen moeten on-
der toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het ap-
paraat spelen.
• Berg het apparaat en de accessoires buiten het bereik van kin-
deren op.
• Houd ook de plastic verpakkingen buiten het bereik van kin-
deren. Hierbij bestaat gevaar voor verstikking.
3.2. Veilige werking
• Plaats geen met vloeistof gevulde voorwerpen, zoals bijvoor-
beeld een bloemenvaas, op het apparaat of in de onmiddel-
lijke omgeving en bescherm alle onderdelen tegen drup- en
spatwater. Deze voorwerpen kunnen omvallen, waarbij de
vloeistof de elektrische veiligheid kan aantasten.
• Trek bij beschadigingen van de netadapter, het aansluitsnoer
of het apparaat direct de netadapter uit het stopcontact.
• Als het apparaat van een koude naar een warme plek wordt
gebracht, kan er condensvorming in het apparaat optreden.
Wacht enkele uren voordat u het apparaat in gebruik neemt.
3.2.1. Stroomvoorziening
• Sluit de netadapter alleen aan op een goed bereikbaar stop-
contact (AC 100-240 V~ - / 50/60 Hz), vlakbij de plaats van de
opstelling. Zorg dat het stopcontact altijd goed toegankelijk
is zodat het apparaat zo nodig snel spanningsvrij kan worden
gemaakt.
• Gebruik uitsluitend de meegeleverde netadapter. Probeer
6 van 58