2
B
3. Trek de deurlijst naar voren om hem te
verwijderen.
WAARSCHUWING!
Als je de glasplaten verwijdert,
probeert de ovendeur te sluiten.
4. Houd de glasplaten aan hun bovenkant
vast en trek deze een voor een omhoog
uit de geleider.
5. Reinig de glasplaat met een sopje. Droog
de glasplaat voorzichtig af.
Als de reiniging voltooid is, plaats je de
glasplaten en de ovendeur terug. Voer de
bovenstaande stappen uit in omgekeerde
volgorde. Plaats de kleinste glasplaat eerst,
daarna de grotere glasplaat en de deur.
14. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.
14.1 Wat te doen als...
Probleem
Je kunt het apparaat niet inscha‐
kelen.
Je kunt de kookplaat niet inscha‐
kelen of bedienen.
54
NEDERLANDS
1
Mogelijke oorzaak
Het apparaat is niet aangesloten
op een stopcontact of niet goed
geïnstalleerd.
De zekering is doorgeslagen.
De zekering is doorgeslagen.
LET OP!
Zorg ervoor dat je de interne glasplaat in
de juiste zittingen plaatst.
13.6 Het lampje vervangen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken.
Het lampje kan heet zijn.
1. Schakel de oven uit. Wacht tot de oven
afgekoeld is.
2. Trek de oven uit het stopcontact.
3. Plaats een doek op de bodem van de
holte.
De achterlamp
1. Draai het afdekglas van de lamp en
verwijder het.
2. Reinig de glasafdekking.
3. Vervang de lamp door een geschikte
300 °C hittebestendige lamp.
4. Installeer het glazen deksel.
Oplossing
Controleer of het apparaat goed
is aangesloten op het lichtnet.
Verzeker u ervan dat de zekering
de oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer door‐
slaan, neem je contact op met
een erkende installateur.
Schakel de kookplaat opnieuw in
en stel de kookstand binnen 10
seconden in.